Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 44

  • 1

    Een houder van een vergunning heeft de plicht op een betrouwbare wijze en tegen redelijke tarieven en voorwaarden zorg te dragen voor de levering van gas aan iedere in artikel 43, eerste lid, bedoelde afnemer die daarom verzoekt. De voorwaarden zijn in ieder geval niet redelijk als zij niet in overeenstemming zijn met het bepaalde bij of krachtens artikel 52b. De artikelen 236 en 237 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek zijn mede van toepassing op voorwaarden in overeenkomsten met afnemers die rechtspersoon zijn of handelen in de uitoefening van een beroep en bedrijf. Artikel 14, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.

  • 2

    Een houder van een vergunning verschaft de Autoriteit Consument en Markt ieder jaar en vier weken voor de wijziging van de tarieven een opgave van de tarieven die hij berekent en de voorwaarden die hij gebruikt bij de levering van gas aan de in artikel 43, eerste lid, bedoelde afnemers.

  • 3

    Indien de Autoriteit Consument en Markt van oordeel is dat de tarieven die houders van een vergunning berekenen onredelijk zijn, omdat daarin de effecten van een doelmatige bedrijfsvoering, die mede inhoudt de inkoop van gas, in onvoldoende mate leiden tot kostenverlaging, kan zij een tarief vaststellen dat leveranciers ten hoogste mogen berekenen voor de levering van gas aan afnemers als bedoeld in artikel 43.

  • 4

    Na de vaststelling van het maximumtarief, bedoeld in het derde lid, worden de tarieven voor de levering van gas aan afnemers als bedoeld in artikel 43 die hoger zijn dan dat maximumtarief, van rechtswege gesteld op dat maximumtarief.

  • 5

    Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de bepaling of de tarieven, bedoeld in het tweede lid, onredelijk zijn en tot vaststelling van het maximumtarief, bedoeld in het derde lid. De voordracht voor een krachtens dit lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

  • 6

    Het tweede tot en met het zesde lid vervallen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. De voordracht voor een krachtens dit lid vast te stellen koninklijk besluit wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

  • 7

    Een netbeheerder en een vergunninghouder voeren een beleid, gericht op het voorkomen van het afsluiten van een afnemer als bedoeld in artikel 43, eerste lid, in het bijzonder in de periode van 1 oktober tot 1 april van enig jaar.

  • 8

    Bij ministeriële regeling worden regels gesteld over het beëindigen van de levering van gas aan een afnemer als bedoeld in artikel 43, eerste lid, alsmede over preventieve maatregelen om de afsluiting van dergelijke afnemers zoveel mogelijk te voorkomen. Deze regels houden in ieder geval in dat een afnemer niet wordt afgesloten in de periode van 1 oktober tot 1 april van enig jaar, behoudens in gevallen die in de regeling zijn aangegeven.

  • 9

    De in het achtste lid bedoelde preventieve maatregelen kunnen tevens inhouden dat in daarbij omschreven gevallen met in die regeling aangeduide instanties overleg wordt gepleegd alsmede dat in die gevallen aan de desbetreffende instantie in die regeling omschreven gegevens omtrent de afnemer worden verstrekt.

  • 10

    De ministeriële regeling, bedoeld in het achtste lid, wordt niet eerder vastgesteld dan nadat de gezamenlijke netbeheerders en de vergunninghouders alsmede de consumentenorganisaties in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijze te geven over de inhoud van de regeling.

  • 11

    De Autoriteit Consument en Markt publiceert jaarlijks, op basis van de informatie verkregen op grond van het tweede lid, aanbevelingen over de conformiteit van de leveringsprijzen met artikel 3 van de richtlijn.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(14-07-2020)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-04-2013

wijziging

28-02-2013

Stb. 2013, 102

33186

13-03-2013

Stb. 2013, 103

20-07-2012

wijziging

12-07-2012

Stb. 2012, 334

32814

12-07-2012

Stb. 2012, 336

16-01-2007

wijziging

23-11-2006

Stb. 2006, 614

30212

28-12-2006

Stb. 2007, 13

13-12-2006

wijziging

20-11-2006

Stb. 2006, 593

30027

24-11-2006

Stb. 2006, 621

01-07-2005

wijziging

09-12-2004

Stb. 2005, 172

27639

09-12-2004

Stb. 2005, 172

14-07-2004

wijziging

01-07-2004

Stb. 2004, 328

29372

02-07-2004

Stb. 2004, 330

Inwtr. 1

01-07-2004

wijziging

21-12-2000

Stb. 2000, 607

27250

22-06-2000

Stb. 2000, 305

Inwtr. 2

wijziging

22-06-2000

Stb. 2000, 305

26463

22-06-2000

Stb. 2000, 305

Inwtr. 3

Opmerkingen

  • 1) De datum van inwerkingtreding is vastgesteld onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet.

  • 2) De termijn genoemd in artikel 88, vierde lid, wordt door Staatsblad 2003/540 verlengd tot 1 juli 2004.

  • 3) De termijn genoemd in artikel 88, vierde lid, wordt door Staatsblad 2003/540 verlengd tot 1 juli 2004.