Als grond waarop bosbouw wordt uitgeoefend die aan bij ministeriële regeling gestelde regels voldoet als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel g, van de wet wordt aangemerkt grond met een houtopstand die valt onder artikel 4.1, aanhef en onderdeel h, van de Wet natuurbescherming of een ontheffing of vrijstelling als bedoeld in artikel 4.5, derde respectievelijk vierde lid, van de Wet natuurbescherming.
(16-04-2020)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
wijziging |
02-07-2019 |
02-07-2019 |
||||||
|
nieuwe-regeling |
04-11-2005 |
04-11-2005 |
||||||