Het bestuursorgaan dat is belast met de uitvoering van en het toezicht op de naleving van de milieukwaliteitsnormen, bedoeld in artikel 2, onderdeel a, of de andere wettelijke voorschriften, bedoeld in de artikelen 2, onderdeel b, en 3, neemt bij de uitoefening van zijn taak ten aanzien van een projectgebied het besluit, bedoeld in de artikelen 2 en 3, in acht.
Het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor activiteiten met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht neemt een besluit als bedoeld in de artikelen 2 en 3 in acht bij:
het beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning, en
het toepassen van artikel 2.31, eerste lid, onder b, en tweede lid, onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Interimwet stad-en-milieubenadering
artikel: 10
Wet geluidhinder
artikel: 66
(18-08-2017)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
intrekking-regeling |
19-01-2006 |
Stb. 2006, 37
|
||||||
|
wijziging |
25-03-2010 |
10-06-2010 |
||||||
|
nieuwe-regeling |
19-01-2006 |
23-01-2006 |
||||||
Opmerkingen
1) Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2006/37 gesteld op 1 februari 2011. Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2010/135 gesteld op 1 januari 2014.