Een mijnbouwwerk als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen a tot en met g, dat verbonden is aan of onderdeel is van een mijnbouwinstallatie als bedoeld in artikel 1, onderdeel o, van de wet is een geval als bedoeld in artikel 44, vijfde lid, van de wet, voor de toepassing van artikel 44, eerste lid, van de wet, tenzij:
Onze Minister voor dat mijnbouwwerk een aanvraag om een wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 40, tweede lid, van de wet, of een verandering van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet heeft ontvangen;
de inspecteur-generaal der mijnen voor dat mijnbouwwerk:
een werkprogramma voor het buiten gebruik stellen van een boorgat als bedoeld in artikel 74, eerste lid, heeft ontvangen;
een rapport over een essentiële wijziging of een ontmanteling als bedoeld in de artikelen 45e en 45i van de wet heeft ontvangen.
De inspecteur-generaal der mijnen informeert Onze Minister over de ontvangst van een werkprogramma of een rapport als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, onder 1°, respectievelijk 2°.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(29-12-2023)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
01-01-2024 |
wijziging |
11-11-2021 |
20-03-2023 |
|||||
|
wijziging |
11-11-2021 |
02-12-2021 |
||||||
|
nieuwe-regeling |
06-12-2002 |
06-12-2002 |
||||||