Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 3a

  • 1

    Indien de onroerende zaak, bedoeld in artikel 1, vierde lid, na verloop van drie jaren nadat zij als een landgoed is aangemerkt, niet voldoet aan de in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, bedoelde voorwaarden, dan wel indien zij naar het oordeel van Onze Minister na die termijn niet aan die voorwaarden zal voldoen, beslissen Onze Ministers bij gezamenlijke beschikking dat de onroerende zaak niet langer als een landgoed wordt aangemerkt met ingang van de datum van die beschikking. Onze Minister kan de termijn van drie jaren op grond van bijzondere omstandigheden met maximaal twee jaren verlengen.

  • 2

    Een eigenaar van een onroerende zaak die op de voet van artikel 1, vierde lid, als een landgoed is aangemerkt, kan aan Onze Ministers een verklaring vragen dat aan de in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, bedoelde voorwaarden is voldaan.

  • 3

    Het eerste en tweede lid vinden overeenkomstige toepassing met betrekking tot een gedeelte van de onroerende zaak.

Informatie geldend op 01-01-2019

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Natuurschoonwet 1928
    artikel: 9c, 8

  2. Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928
    artikel: 3

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(01-01-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-06-2007

wijziging

14-12-2000
samen met
15-12-2005

Stb. 2000, 551
samen met
Stb. 2005, 683

27030
samen met
30306

21-05-2007

Stb. 2007, 188

06-12-1995

nieuw

16-11-1995

Stb. 1995, 582

24159

16-11-1995

Stb. 1995, 582