Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 4

  • 1

    Vanaf het tijdstip waarop een onroerende zaak of een gedeelte daarvan niet langer als een landgoed wordt aangemerkt, wordt die onroerende zaak of dat gedeelte binnen een termijn van 10 jaren niet opnieuw als zodanig aangemerkt ingeval het verzoek daartoe wordt gedaan door degene die op dat tijdstip eigenaar was of door een vennootschap waarvan hij middellijk of onmiddellijk aandeelhouder is.

  • 2

    Indien in het geval als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel b, het karakter van landgoed niet in ernstige mate is aangetast kunnen Onze Ministers bij gezamenlijke beschikking, in afwijking in zoverre van het eerste lid, een kortere termijn van ten hoogste 5 jaren vaststellen en kunnen zij daarbij voorwaarden stellen. Alsdan vinden de artikelen 8 en 9c geen toepassing. Ingeval de in de eerste volzin bedoelde aantasting van het karakter van landgoed voortvloeit uit omstandigheden die het gevolg zijn van overmacht, wordt bovendien voor de toepassing van artikel 5.7, eerste lid, onderdeel c, van de Wet inkomstenbelasting 2001 en van artikel 220d, eerste lid, onderdeel d, van de Gemeentewet de onroerende zaak of het desbetreffende gedeelte daarvan gelijkgesteld met een landgoed.

  • 3

    Het eerste lid en de artikelen 8 en 9c vinden alsnog toepassing indien binnen de kortere termijn:

    • a.

      de eigenaar Onze Minister schriftelijk mededeelt dat hij zijn onroerende zaak onderscheidenlijk het in het eerste lid bedoelde gedeelte na afloop van die termijn niet opnieuw wenst aangemerkt te zien als een landgoed;

    • b.

      de krachtens het tweede lid gestelde voorwaarden niet worden nageleefd; dan wel

    • c.

      zich wederom een geval als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel b, voordoet;

    • d.

      een aangrenzende onroerende zaak, waarvan de oppervlakte in aanmerking is genomen als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel a, door toepassing van artikel 3, eerste lid, niet meer als een landgoed in aanmerking wordt genomen, tenzij op deze aangrenzende onroerende zaak het tweede lid van toepassing is, dan wel

    • e.

      zich met betrekking tot een aangrenzende onroerende zaak, waarvan de oppervlakte in aanmerking is genomen als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel a, en waarop het tweede lid toepassing heeft gevonden, een van de gebeurtenissen, bedoeld in de onderdelen a, b of c voordoet.

  • 4

    Met betrekking tot het derde lid, onderdeel a, en de onderdelen b, c, d en e vindt artikel 3, derde lid, onderscheidenlijk vierde, vijfde en zevende tot en met negende lid, overeenkomstige toepassing.

  • 5

    Ingeval artikel 3, zevende lid, toepassing heeft gevonden op een onroerende zaak ten gevolge van het feit dat deze onroerende zaak was aangemerkt als een landgoed rekening houdende met de oppervlakte van een aangrenzende onroerende zaak waarop het tweede lid is toegepast, is het tweede lid op de eerstgenoemde onroerende zaak van overeenkomstige toepassing.

Informatie geldend op 01-01-2019

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Natuurschoonwet 1928
    artikel: 10

  2. Wijzigingswet Wet op belastingen van rechtsverkeer, de Natuurschoonwet 1928, de Wet op de loonbelasting 1964, enz.
    artikel: VI

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(01-01-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-06-2007

wijziging

14-12-2000

Stb. 2000, 551

27030

21-05-2007

Stb. 2007, 188

01-01-2001

wijziging

11-05-2000

Stb. 2000, 216

26728

11-05-2000

Stb. 2000, 216

06-12-1995

wijziging

16-11-1995

Stb. 1995, 582

24159

16-11-1995

Stb. 1995, 582

01-01-1995

wijziging

27-04-1994

Stb. 1994, 420

23217

27-04-1994

Stb. 1994, 420

01-01-1994

wijziging

11-11-1993

Stb. 1993, 610

22893

11-11-1993

Stb. 1993, 610

01-01-1992

wijziging

25-10-1989
samen met
02-04-1991

Stb. 1989, 491
samen met
Stb. 1991, 199

19527

17-04-1991

Stb. 1991, 200

29-06-1989

vervallen

25-05-1989

Stb. 1989, 205

20089

14-06-1989

Stb. 1989, 206

nieuw

25-05-1989

Stb. 1989, 205

20089

14-06-1989

Stb. 1989, 206

01-01-1928

nieuwe-regeling

15-03-1928

Stb. 1928, 63

15-03-1928

Stb. 1928, 63