Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden voor de politie voorschriften vastgesteld betreffende:
aanstelling, schorsing en ontslag;
het onderzoek naar de geschiktheid en de bekwaamheid;
bezoldiging en wachtgeld;
diensttijden;
verlof en vakantie;
voorzieningen in verband met ziekte;
bescherming bij de arbeid;
woon-, verblijfs- en bereikbaarheidsverplichtingen;
medezeggenschap;
overige rechten en verplichtingen;
disciplinaire straffen, met dien verstande dat een boete dan wel een inhouding of korting op de bezoldiging per opgelegde disciplinaire straf ten hoogste gelijk is aan het bedrag van het salaris van de ambtenaar over anderhalve maand;
de instelling en werkwijze van commissies waaraan de beslissing met uitsluiting van administratieve organen is opgedragen, voor zover deze worden mogelijk gemaakt;
de wijze, waarop met de daarvoor in aanmerking komende vakorganisaties van overheidspersoneel overleg wordt gepleegd over aangelegenheden van algemeen belang voor de rechtstoestand van de ambtenaren, alsmede de gevallen waarin overeenstemming in dat overleg dient te worden bereikt;
de gevallen waarin berichten inzake de rechtspositie van de ambtenaar in afwijking van artikel 2:14, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitsluitend elektronisch verzonden behoeven te worden en de voorwaarden die daarbij in acht worden genomen.
Voor de toepassing van de Wet veiligheidsonderzoeken bij de politie wordt Onze Minister aangemerkt als Onze Minister, bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet veiligheidsonderzoeken.
De ambtenaar die te goeder trouw en naar behoren een vermoeden van een misstand als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet Huis voor klokkenluiders meldt, zal als gevolg daarvan geen nadelige gevolgen voor zijn rechtspositie ondervinden tijdens en na de behandeling van deze melding bij het bevoegd gezag of de daartoe bevoegde instantie.
De paragrafen 2, 3 en 4 van de Ambtenarenwet 2017 zijn, met uitzondering van artikel 6, tweede lid, van overeenkomstige toepassing op de politie.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Besluit beschikbaarstelling politieambtenaren ten behoeve van vredesmissies
Regeling uniformkleding en onderscheidingstekenen rijksbrandweerpersoneel
Wijzigingsbesluit Ambtenarenreglement voor de rijkspolitie 1975, enz.
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Besluit algemene rechtspositie politie
artikel: 2a, 2b, 102a
Besluit beschikbaarstelling politieambtenaren ten behoeve van vredesmissies
artikel: 3a
Besluit bezoldiging politie
artikel: 50b
Besluit bovenwettelijke werkloosheidsuitkering politie
artikel: 26d
Besluit overleg en medezeggenschap politie 1994
artikel: 63a
Besluit reis-, verblijf-, en verhuiskosten politie
artikel: 38b
Uitvoeringsregeling WNT
artikel: 2
Wet politiegegevens
artikel: 16
(16-03-2021)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
Aanhangig |
||||||||
wijziging |
14-10-2020 |
|||||||
wijziging |
09-03-2017 |
Stb. 2017, 123
|
24-10-2019 |
|||||
wijziging |
14-04-2016 |
22-04-2016 |
||||||
nieuwe-regeling |
12-07-2012 |
12-07-2012 |
Opmerkingen
1) Treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet Huis voor klokkenluiders in werking treedt.