Behoeft de Koninklijke marechaussee bijstand van de politie bij de uitoefening van de taken die zij op grond van artikel 4, derde lid, verricht onder verantwoordelijkheid van Onze Minister, dan verstrekt Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Defensie en na overleg met het College van procureurs-generaal, door tussenkomst van de korpschef aan de betrokken politiechefs van een regionale eenheid de nodige opdrachten.
Artikel 4, derde lid, is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de politiechef, voor zover die eenheid bijstand verleent aan de Koninklijke marechaussee als bedoeld in het eerste lid.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(16-03-2021)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
Aanhangig |
||||||||
|
nieuwe-regeling |
12-07-2012 |
12-07-2012 |
||||||