De korpschef stelt het door Onze Minister vastgestelde deel van de sterkte als bedoeld in artikel 36, eerste lid, tweede volzin, feitelijk ter beschikking aan de politieonderwijsraad voor de uitvoering van de taken, bedoeld in de artikelen 84, 87, eerste lid, en 94, eerste lid.
Bij ministeriële regeling worden de functies of categorieën aangewezen van personen die op grond van het eerste lid feitelijk ter beschikking kunnen worden gesteld. Artikel 97, eerste lid, onder a en b, en tweede lid, onder b, is van overeenkomstige toepassing op de voorzitter van de politieonderwijsraad ten aanzien van de personen, bedoeld in de eerste volzin.
De personen die werkzaam zijn ten behoeve van de politieonderwijsraad staan onder gezag van de voorzitter van de politieonderwijsraad en leggen over hun werkzaamheden uitsluitend aan hem verantwoording af. Artikel 97, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Politiewet 2012
artikel: 2a, 36
(16-03-2021)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
nieuw |
25-05-2016 |
17-11-2016 |
||||||