De buitenlandse ondernemer die in Nederland belasting verschuldigd is ingevolge artikel 5a, eerste lid, van de wet, stelt een fiscaal vertegenwoordiger met een algemene vergunning aan wanneer het hoofdkantoor of de vestiging van de ondernemer is gelegen in een derde-land waarmee geen rechtsinstrument inzake wederzijdse bijstand bestaat als bedoeld in artikel 204, lid 1, tweede alinea, van de BTW-richtlijn 2006.
De buitenlandse ondernemer is gehouden een fiscaal vertegenwoordiger aan te stellen voor de levering die aan hem wordt verricht en waarvoor van hem de belasting wordt geheven ingevolge de bij de wet behorende tabel II, onderdeel a, post 7, Bijzondere bepaling, dan wel post 8, Bijzondere bepaling. De eerste volzin is eveneens van toepassing op de door de buitenlandse ondernemer verrichte levering die volgt op de aldaar bedoelde levering.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(25-01-2019)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
20-12-2007 |
20-12-2007 |
||||||
wijziging |
18-12-2001 |
18-12-2001 |
||||||
wijziging |
22-12-1995 |
22-12-1995 |
||||||
nieuw |
24-12-1992 |
Stb. 1992, 714 |
24-12-1992 |
Stb. 1992, 714 |
||||
vervallen |
30-05-1990 |
Stb. 1990, 224 |
30-05-1990 |
Stb. 1990, 224 |
||||
nieuw |
18-11-1986 |
Stb. 1986, 583 |
13-11-1986 |
Stb. 1986, 580 |
Opmerkingen
1) De aanhef juncto nummer 21 van onderdeel b van de bij het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 behorende bijlage B zoals deze bepaling luidde op 31 december 2001, blijft van toepassing met betrekking tot die instellingen die deze bepaling toepasten op die datum, en wel uiterlijk tot het tijdstip waarop die instellingen ervoor kiezen die bepaling niet langer op hen van toepassing te doen zijn.