Parametergroep conform Bijlage A |
Monsterplaats t (noot 3) |
Monsterplaats p/t (noot 4) |
I. Microbiologische parameters |
Escherichia coli (noot 5) |
– |
II. Chemische parameters |
Nitriet (noot 6) |
– |
IIIa. Indicatoren, bedrijfstechnische parameters |
Ammonium Bacteriën van de coligroep (noot 7) Geleidingsvermogen Koloniegetal bij 22 °C Zuurgraad |
Clostridium perfringens (noot 8) |
IIIb. Indicatoren, organoleptische / esthetische parameters |
Geur Kleur Smaak Troebeling |
Aluminium (noot 9) IJzer (noot 9) |
IIIc. Indicatoren, signaleringsparameters |
– |
– |
Noten:
1. Een zelfstandige collectieve watervoorziening is een collectieve voorziening die voor de productie van drinkwater, dat aan derden ter beschikking wordt gesteld, gebruik maakt van grondwater, oppervlaktewater, zeewater of een overeenkomstige grondstof of halffabrikaat.
2. De minimumfrequentie voor bewakingsparameters staat aangegeven in tabel II van deze bijlage.
3. De bemonstering van het drinkwater dient voor de in deze kolom genoemde parameters plaats te hebben op het punt waar het aan het tappunt (aangeduid met t) beschikbaar komt voor menselijke consumptie. De in tabel II aangegeven frequentie geldt als minimumfrequentie, onverlet het bepaalde in artikel 6, zesde tot en met achtste lid, van dit besluit. De toezichthouder kan bepalen dat uit oogpunt van integrale kwaliteitscontrole ook bemonstering dient plaats te hebben in het ruwe water (r) of na de laatste zuiveringsstap (p).
4. De bemonstering van het drinkwater dient voor de in deze kolom genoemde parameters plaats te hebben na de laatste zuiveringsstap (p) of aan het tappunt (t). De in tabel II aangegeven bewakingsfrequentie geldt als minimumfrequentie, onverlet het bepaalde in artikel 6 van dit besluit. De toezichthouder kan bepalen dat uit oogpunt van integrale kwaliteitscontrole ook bemonstering dient plaats te hebben in het ruwe water (r).
5. Voor deze parameter geldt in afwijking van de in tabel II aangegeven frequentie, de volgende minimumfrequentie:
A. af grondwaterpompstation (p) |
52 keer per jaar |
B. af oppervlaktewaterpompstation (p) |
365 keer per jaar |
C. bemonstering aan het tappunt (t) |
26 keer per jaar per 2000 m3/dag |
Voor drinkwater geleverd door zelfstandige collectieve watervoorziening: 2 keer de bewakingsfrequentie overeenkomstig tabel II van deze bijlage.
6. Alleen indien chlooraminen als desinfectiemiddel worden gebruikt. Indien dit niet het geval is geldt de auditfrequentie overeenkomstig tabel II van deze bijlage.
7. Voor deze parameter geldt een minimumfrequentie van 2 keer de bewakingsfrequentie overeenkomstig tabel II van deze bijlage.
8. Alleen indien oppervlaktewater als grondstof voor de productie van drinkwater wordt gebruikt. Indien dit niet het geval is geldt de auditfrequentie overeenkomstig tabel II van deze bijlage.
9. Alleen indien deze stof als vlokmiddel bij de zuivering wordt gebruikt. Indien dit niet het geval is geldt de auditfrequentie overeenkomstig tabel II van deze bijlage.
Parametergroep Conform bijlage A |
Monsterplaats t (noot 3) |
Monsterplaats p/t (noot 4) |
Monsterplaats r (noot 5) |
I. Microbiologische parameters |
Enterococcen (noot 6) |
Cryptosporidium (noot 6) Enterovirussen (noot 6) Giardia (noot 6) |
|
II. Chemische parameters |
Antimoon Benzeen Bromaat (noot 7) Cadmium Chroom Koper Lood Nikkel Nitriet Trihalomethanen (noot 7) |
Arseen Boor Cyaniden (totaal) 1,2-Dichloorethaan Fluoride Kwik Nitraat PCBs Pesticiden PAKs Seleen Tetra – en trichlooretheen |
|
IIIa. Indicatoren Bedrijfstechnisch parameters |
Aeromonas Hardheid (totaal) Temperatuur Saturatie Index Waterstofcarbonaat Zuurstof |
Chloride DOC/TOC (of oxideerbaarheid met KMnO4) |
Radioactiviteit (noot 8) Bacteriofagen |
IIIb. Indicatoren Organoleptische / esthetische parameters |
Mangaan IJzer |
Aluminium Natrium Sulfaat |
Zink (noot 9) |
IIIc. Indicatoren Signaleringsparameters |
AOX Aromatische aminen (Chloor)fenolen Gehalogeneerde alifatische koolwaterstoffen Gehalogeneerde monocyclische koolwaterstoffen Monocyclische koolwaterstoffen / aromaten |
Noten:
1. Een zelfstandige collectieve watervoorziening is een collectieve voorziening die voor de productie van drinkwater, dat aan derden ter beschikking wordt gesteld, gebruik maakt van grondwater, oppervlaktewater, zeewater of een overeenkomstige grondstof of halffabrikaat.
2. De minimumfrequentie voor auditparameters staat aangegeven in tabel II van deze bijlage.
3. De bemonstering van het drinkwater dient voor de in deze kolom genoemde parameters plaats te hebben op het punt waar het aan het tappunt (aangeduid met t) beschikbaar komt voor menselijke consumptie. De in tabel II aangegeven frequentie geldt als minimumfrequentie, onverlet het bepaalde in lid 7 en lid 9 van artikel 6 van dit besluit. De toezichthouder kan bepalen dat uit oogpunt van integrale kwaliteitscontrole ook bemonstering dient plaats te hebben in het ruwe water (r) of na de laatste zuiveringsstap (p).
4. De bemonstering van het drinkwater dient voor de in deze kolom genoemde parameters plaats te hebben na de laatste zuiveringsstap (p) of aan het tappunt (t). De in tabel II aangegeven auditfrequentie geldt als minimumfrequentie, onverlet het bepaalde in lid 7 en lid 9 van artikel 6 van dit besluit. De toezichthouder kan bepalen dat uit oogpunt van integrale kwaliteitscontrole ook bemonstering dient plaats te hebben in het ruwe water (r).
5. De bemonstering dient voor in deze kolom genoemde parameters plaats te hebben in het ruwe water (r).
6. Alleen een meetverplichting indien oppervlaktewater wordt gebruikt voor de bereiding van drinkwater.
7. Alleen een meetverplichting indien deze stof als desinfectiemiddel wordt toegepast of indien deze stof als verbinding bij de toegepaste desinfectie- of oxydatietechniek gevormd kan worden. Bromaat dient ook met auditfrequentie in oppervlaktewater te worden gemeten.
8. De meetfrequenties, meetmethodes en meetlocaties worden te zijner tijd vastgesteld in overeenstemming met een krachtens artikel 12 van Richtlijn 98/83/EG aan te nemen voorstel van de Europese Commissie. Na aanvaarding van dit voorstel zal de inspecteur, vooruitlopend op de desbetreffende wijziging van het besluit, het voorstel als uitgangspunt nemen bij de vaststelling van de meetprogramma's, onverlet de meetverplichting krachtens tabel III van deze bijlage.
9. Indien zink wordt toegepast bij de distributie van drinkwater, dan dient de bemonstering plaats te hebben aan de kraan (t).
Parameter |
Drinkwater dat in een aangesloten collectieve watervoorziening een ontharding heeft ondergaan |
Drinkwater dat in een aangesloten collectieve watervoorziening een andere behandeling heeft ondergaan |
Warm tapwater uit een collectieve watervoorziening of collectief leidingnet, waarmee gemiddeld meer dan 30m3/dag wordt geleverd |
Drinkwater uit collectief leidingnet waarmee gemiddeld meer dan 100 m3 / dag wordt geleverd |
Escherichia coli |
audit |
audit |
audit |
|
Enterococcen |
audit |
audit |
audit |
|
Antimoon |
audit |
|||
Cadmium |
audit |
|||
Chroom |
audit |
|||
Koper |
audit |
audit |
||
Lood |
audit |
|||
Nikkel |
audit |
|||
DOC/TOC |
audit (noot 2) |
|||
Geleidingsvermogen |
audit |
audit |
audit (noot 2) |
|
Totale hardheid te berekenen als aantal mmol Ca2+ plus Mg2+/l |
audit |
audit |
||
Koloniegetal bij 22 °C |
audit |
audit |
audit |
|
Temperatuur |
bewaking |
|||
Waterstofcarbonaat |
audit |
audit |
||
Zuurgraad |
audit |
audit |
audit |
audit |
Geur |
audit |
audit |
audit |
|
Kleur |
audit |
audit |
audit |
|
Troebeling |
audit |
audit |
audit |
|
IJzer |
audit |
|||
Zink |
audit |
Noten:
1) De minimum bewakings- en auditfrequenties zijn aangegeven in tabel II van deze bijlage.
2) Bij enkelvoudige warmtewisselaars geldt de bewakingsfrequentie.
Dagelijks binnen een leveringsgebied1 gedistribueerde of geproduceerde hoeveelheid water2 in kubieke meters |
Bewaking Aantal monsternemingen per jaar |
Audit Aantal monsternemingen per jaar |
≤ 100 |
2 |
1 |
> 100≤ 1 000 |
4 |
1 |
> 1000≤ 10 000 |
4 +3 voor elke 1000 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
1 +1 voor elke 3300 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
> 10 000≤ 100 000 |
4 +3 voor elke 1000 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
3 +1 voor elke 10 000 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
> 100 000 |
4 +3 voor elke 1000 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
10 +1 voor elke 25 000 m3/dag en fractie daarvan van de totale hoeveelheid |
Noten:
1) Een leveringsgebied is een geografisch afgebakend gebied waarbinnen het leidingwater afkomstig is uit een of enkele bronnen waarbinnen het water kan worden geacht van vrijwel uniforme kwaliteit te zijn.
2) De hoeveelheden zijn gemiddelden berekend over een kalenderjaar.
Bedoeld is een collectieve watervoorziening die voor de winning of behandeling van water, dat als leidingwater aan derden ter beschikking wordt gesteld, gebruik maakt van grondwater, oppervlaktewater, zeewater of een overeenkomstige grondstof of halffabrikaat.
in acht te nemen bij het opstellen van het meetprogramma [Geldend t/m 30-06-2011]
Parameter |
Groep Indeling in verband met de toepassing van artikel 6a, derde lid. |
Frequentie van onderzoek van het water dat aan de winplaats wordt onttrokken bij gebruik van |
||||
grondwater |
oppervlaktewater |
|||||
4 wekelijks |
3 maandelijks |
jaarlijks |
4 wekelijks |
3 maandelijks |
||
1. Kleurintensiteit |
II |
x |
||||
2. Troebelingsgraad |
I |
x |
||||
3. Gesuspendeerde stoffen |
II |
x |
||||
5. Geleidingsvermogen voor elektriciteit |
I |
x |
x |
|||
6. Geurverdunningsfactor |
II |
x |
||||
8. Temperatuur |
I |
x |
x |
|||
9. Zuurgraad |
I |
x |
x |
|||
11. Zwavelwaterstof Te onderzoeken indien daartoe op grond van het onderzoek van parameter 6 aanleiding bestaat. |
||||||
12. Zuurstof opgelost |
II |
x |
x |
|||
13. Oxydeerbaarheid |
II |
x |
x |
|||
14. Chemisch zuurstofverbruik |
II |
x |
||||
15. Biochemisch zuurstofverbruik |
x |
|||||
16. Totaal organisch koolstof |
II |
x |
||||
17. Organisch gebonden stikstof |
II |
x |
||||
18. Ammonium |
I |
x |
x |
|||
19. Nitriet |
I |
x Indien is aangetoond dat er geen grote fluctuaties van deze parameters zijn te verwachten, kan worden volstaan met een frequentie van éénmaal per jaar. |
x |
|||
20. Nitraat |
I |
x Indien is aangetoond dat er geen grote fluctuaties van deze parameters zijn te verwachten, kan worden volstaan met een frequentie van éénmaal per jaar. |
x |
|||
21. Waterstofcarbonaat |
II |
x |
x |
|||
22. Sulfaat |
II |
x |
x |
|||
23. Fosfaat |
II |
x |
||||
23a. Orthofosfaat |
II |
x |
||||
24. Silicaat |
II |
x |
||||
25. Cyanide |
II |
x |
||||
26. Fluoride |
II |
x |
||||
27. Chloride |
II |
x |
x |
|||
28. Natrium |
II |
x |
x |
|||
29. Kalium |
II |
x |
x |
|||
30. Calcium |
II |
x |
x |
|||
31. Magnesium |
II |
x |
x |
|||
33. Boor |
II |
x |
||||
34. Chroom |
II |
x |
||||
35. Vanadium Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
36. Mangaan |
II |
x |
x |
|||
37. IJzer |
II |
x |
x |
|||
37a. IJzer opgelost |
x |
|||||
38. Nikkel |
II |
x |
||||
39. Kobalt Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
40. Koper |
II |
x |
||||
41. Zink |
II |
x |
||||
42. Arseen |
II |
x |
||||
43. Antimoon Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
44. Seleen |
II |
x |
||||
45. Cadmium |
II |
x |
||||
46. Barium |
II |
x |
||||
47. Beryllium Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
48. Zilver Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
49. Kwik |
II |
x |
||||
50. Lood |
II |
x |
||||
51. Minerale olie |
II |
x |
||||
52. Oppervlakte-actieve stoffen die reageren met methyleenblauw |
II |
x |
||||
54. Met waterdamp vluchtige fenolen |
II |
x |
||||
56. Extraheerbaar organisch gebonden chloor |
II |
x |
x |
|||
57. Vluchtig organisch gebonden chloor |
II |
x |
x |
|||
58. Gehalogeneerde koolwaterstoffen, geen pesticiden zijnde Indien concentraties groter dan 1 mg/l worden gevonden, dient de eigenaar een schema als bedoeld in noot 3 voor het onderzoek van deze parameter op te stellen. Het ten aanzien van het schema in noot 3 bepaalde is van overeenkomstige toepassing. |
||||||
59. Polycyclische aromatische koolwaterstoffen |
II |
x |
||||
60. Organochloor pesticiden Te onderzoeken op a-HCH, t-HCH en andere organochloorpesticiden, alsmede aanverwante stoffen indien er aanwijzingen zijn dat deze in het water ter plaatse kunnen voorkomen. |
II |
x |
x |
|||
61. Hexachloorbenzeen |
II |
x |
x |
|||
62. Choline-esterase remmers |
II |
x |
x |
|||
63. Tritium Indien er aanwijzingen zijn dat deze parameter in voor de volksgezondheid ongewenste hoeveelheden in het water kan voorkomen, dient de eigenaar een schema voor het onderzoek daarvan op te stellen. Het schema behoeft de goedkeuring van de inspecteur. Het onderzoek dient overeenkomstig het goedgekeurde schema te worden uitgevoerd. Artikel 17 is op beslissingen van de inspecteur te dezer zake van toepassing. |
||||||
64. Totaal ß-activiteit |
II |
x |
||||
66. Bacteriën van de coligroep (totaal) |
I |
x |
||||
67. Escherichia coli |
I |
x |
x |
|||
68. Enterococcen |
II |
x |
||||
69. Clostridium perfringens |
II |
x |
Regelgeving die op dit bijlage is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit bijlage als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit bijlage
Geen
(03-07-2015)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
01-07-2011 |
intrekking-regeling |
18-07-2009 |
14-06-2011 |
|||||
wijziging |
09-01-2001 |
20-01-2001 |
||||||
wijziging |
01-03-1994 |
Stb. 1994, 202 |
01-03-1994 |
Stb. 1994, 202 |
||||
nieuwe-regeling |
07-06-1960 |
Stb. 1960, 345 |
28-11-1960 |
Stb. 1960, 536 |
Opmerkingen
1) Besluit van rechtswege vervallen door het vervallen van de grondslag.