Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 9

  • 1

    Het is degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat hem bij rechterlijke uitspraak of strafbeschikking de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen is ontzegd, verboden gedurende de tijd dat hem die bevoegdheid is ontzegd, op de weg een motorrijtuig te besturen of als bestuurder te doen besturen.

  • 2

    Het is degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat een op zijn naam gesteld rijbewijs voor een of meer categorieën van motorrijtuigen dan wel voor een gedeelte van de geldigheidsduur ongeldig is verklaard, indien aan hem daarna geen ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie of categorieën is afgegeven, verboden op de weg een motorrijtuig van die categorie of categorieën dan wel gedurende dat gedeelte van de geldigheidsduur te besturen of als bestuurder te doen besturen. Hetzelfde verbod geldt voor degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat een op zijn naam gesteld rijbewijs zijn geldigheid heeft verloren en dat hij bij de aanvraag van een nieuw rijbewijs moet voldoen aan de bij algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 123b, derde lid, gestelde voorwaarden, tenzij aan hem, nadat hij aan deze voorwaarden heeft voldaan, een ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie of categorieën is afgegeven.

  • 3

    Het tweede lid geldt niet ten aanzien van de bestuurder van een motorrijtuig gedurende de tijd dat aan hem ter verkrijging van een rijbewijs voor de categorie of categorieën van motorrijtuigen waarop de ongeldigverklaring betrekking heeft, rijonderricht in de zin van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 wordt gegeven en gedurende de tijd dat door hem een rijproef wordt afgelegd in het kader van een onderzoek, door of vanwege de overheid ingesteld, naar zijn rijvaardigheid of geschiktheid.

  • 4

    Het is degene van wie ingevolge artikel 130, tweede lid, de overgifte van een op zijn naam gesteld rijbewijs is gevorderd, dan wel wiens rijbewijs is ingevorderd en aan wie dat bewijs niet is teruggegeven, verboden op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarvoor dat bewijs was afgegeven, te besturen of als bestuurder te doen besturen.

  • 5

    Het is degene die weet of redelijkerwijs moet weten dat de geldigheid van een op zijn naam gesteld rijbewijs ingevolge artikel 131, tweede lid, onderdeel a, voor een of meer categorieën van motorrijtuigen is geschorst, verboden gedurende de tijd dat de schorsing van kracht is, op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarop de schorsing betrekking heeft, te besturen of als bestuurder te doen besturen.

  • 6

    Het vierde en het vijfde lid gelden niet ten aanzien van de bestuurder van een motorrijtuig gedurende de tijd dat door hem een rijproef wordt afgelegd in het kader van een ingevolge artikel 131, eerste lid, onderdeel c, gevorderd onderzoek. Voorts geldt het vijfde lid niet ten aanzien van de bestuurder van een motorrijtuig gedurende de tijd dat aan hem, ter voorbereiding op een onderzoek naar de rijvaardigheid in het kader van een ingevolge artikel 131, eerste lid, onderdeel c, gevorderd onderzoek, rijonderricht in de zin van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 wordt gegeven.

  • 7

    Het is degene van wie ingevolge artikel 164 de overgifte van een op zijn naam gesteld rijbewijs, een hem door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland afgegeven rijbewijs of een internationaal rijbewijs is gevorderd, dan wel van wie zodanig bewijs is ingevorderd en aan wie dat bewijs niet is teruggegeven, verboden op de weg een motorrijtuig van de categorie of categorieën waarvoor dat bewijs was afgegeven, te besturen of als bestuurder te doen besturen.

  • 8

    Het is degene van wie ingevolge de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften de inlevering van het rijbewijs is gevorderd, dan wel wiens rijbewijs krachtens die wet is ingenomen, verboden op de weg een motorrijtuig, voor het besturen waarvan het rijbewijs is afgegeven, te besturen of als bestuurder te doen besturen met ingang van het tijdstip, bedoeld in artikel 30, eerste lid, van die wet.

  • 9

    Het is degene die op grond van artikel 132c, eerste lid, onderdeel d, de feitelijke beschikking heeft gekregen over een rijbewijs waarop de bij ministeriële regeling vastgestelde codering voor deelname aan het alcoholslot is vermeld, verboden een motorrijtuig voor het besturen waarvan een rijbewijs is vereist, niet zijnde een bromfiets, te besturen:

    • a.

      dat niet is voorzien van een alcoholslot als bedoeld in artikel 132e, eerste lid,

    • b.

      waarvan het kenteken in het in artikel 129a bedoelde register aan hem is gekoppeld, terwijl het motorrijtuig is voorzien van een niet-werkend alcoholslot als bedoeld in artikel 132e, eerste lid,

    • c.

      waarin wel een alcoholslot als bedoeld in artikel 132e, eerste lid, is ingebouwd, maar waarvan het kenteken in het in artikel 129a bedoelde register niet aan hem is gekoppeld, of

    • d.

      terwijl een ander dan de bestuurder heeft geblazen in het alcoholslot als bedoeld in artikel 132e, eerste lid, een en ander tot het tijdstip waarop hij na beëindiging van het alcoholslotprogramma overeenkomstig artikel 132d, eerste of derde lid, overeenkomstig de daarvoor bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels een rijbewijs zonder de voor deelname aan het alcoholslotprogramma vastgestelde codering heeft verkregen.

  • 10

    Voor de toepassing van het tweede, vierde, vijfde, zesde en achtste lid wordt onder rijbewijs mede verstaan een rijbewijs, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland.

Informatie geldend op 03-07-2019

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

  1. Richtlijn voor strafvordering motorrijtuig (doen) besturen tijdens ontzegging e.d.

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Beleidsregel 06-01 betrouwbaarheid personen ex Wet toezicht accountantsorganisaties en Besluit toezicht accountantsorganisaties
    bijlage: A1

  2. Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
    bijlage: C

  3. Besluit Markttoegang financiële ondernemingen Wft
    bijlage: bijlage

  4. Besluit prudentiële regels Wft
    bijlage: A

  5. Besluit reikwijdtebepalingen Wft
    bijlage: behorend bij artikel 30

  6. Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015
    bijlage: 2

  7. Besluit toezicht trustkantoren 2018
    bijlage: Bijlage behorend bij artikel 5

  8. Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling
    bijlage: behorend bij artikel 32 van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling

  9. Invoeringswet Wegenverkeerswet 1994
    artikel: 53, 54

  10. Regeling eisen theorie-examen rijbewijscategorie A
    artikel: 1

  11. Regeling eisen theorie-examen rijbewijscategorie AM
    artikel: 1

  12. Regeling eisen theorie-examen rijbewijscategorie B
    artikel: 1

  13. Regeling eisen theorie-examens rijbewijscategorieën C1 en C
    artikel: 1

  14. Regeling eisen theorie-examens rijbewijscategorieën D1 en D
    artikel: 1

  15. Regeling wegvervoer goederen
    artikel: 18

  16. Richtlijn voor strafvordering motorrijtuig (doen) besturen tijdens ontzegging e.d.
    tekst: tekst

  17. Uitvoeringsbesluit ex artikel 4 Wegenverkeerswet 1994 inzake verkeersvoorschriften voor het militaire verkeer
    artikel: 1

  18. Wegenverkeerswet 1994
    artikel: 176, 177, 179

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(03-07-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

22-10-2014

wijziging

09-07-2014

Stb. 2014, 375

33346

09-07-2014

Stb. 2014, 375

01-01-2014

wijziging

19-06-2013

Stb. 2013, 333

33504

27-11-2013

Stb. 2013, 524

Alg. 1

31-08-2013

wijziging

19-06-2013

Stb. 2013, 333

33504

19-06-2013

Stb. 2013, 333

06-06-2012

wijziging

21-05-2012

Stb. 2012, 231

32403

21-05-2012

Stb. 2012, 231

01-12-2011

wijziging

04-06-2010

Stb. 2010, 259

31896

07-11-2011

Stb. 2011, 527

01-06-2011

wijziging

24-10-2008

Stb. 2008, 433

30324

13-05-2011

Stb. 2011, 239

01-02-2008

wijziging

07-07-2006

Stb. 2006, 330

29849

21-12-2007

Stb. 2008, 4

01-08-2002

wijziging

18-04-2002

Stb. 2002, 250

27840

Stb. 2002, 376

01-06-1996

wijziging

24-05-1996

Stb. 1996, 276

24496

30-05-1996

Stb. 1996, 279

01-01-1995

wijziging

17-11-1994

Stb. 1994, 858

23664

15-12-1994

Stb. 1994, 919

01-01-1995

wijziging

16-12-1993

Stb. 1993, 650

22495

23-12-1993

Stb. 1993, 693

nieuwe-regeling

21-04-1994

Stb. 1994, 475

22030

15-12-1994

Stb. 1994, 919

Opmerkingen

  • 1) Abusievelijk is een wijziging geformuleerd die niet kan worden doorgevoerd.