Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 26

  • 1

    Verhaal op de goederen van degene aan wie de administratieve sanctie is opgelegd geschiedt krachtens een dwangbevel, medebrengende het recht om die goederen zonder vonnis aan te tasten.

  • 2

    Het dwangbevel wordt in naam van de Koning uitgevaardigd door Onze Minister. Het wordt ten uitvoer gelegd als een vonnis van de burgerlijke rechter.

  • 3

    Tegen de tenuitvoerlegging van het dwangbevel kan verzet worden gedaan, hetwelk niet gericht zal kunnen zijn tegen de beslissing waarbij de administratieve sanctie werd opgelegd. Verzet wordt gedaan bij een met redenen omkleed verzetschrift. Het verzetschrift wordt binnen twee weken na de betekening van het dwangbevel ingediend bij de rechtbank van het arrondissement waar het adres is van degene aan wie de administratieve sanctie is opgelegd. Wordt binnen twee weken na de betekening tot inbeslagneming overgegaan, dan wordt het verzetschrift binnen een week na de dag van inbeslagneming ingediend. Bij het verzetschrift worden het dwangbevel en een afschrift van het exploit van betekening van het dwangbevel overgelegd.

  • 4

    Degene aan wie de administratieve sanctie is opgelegd, is een griffierecht verschuldigd. De griffier wijst de indiener van het verzetschrift op de verschuldigdheid van het griffierecht en deelt hem mee dat het verschuldigde bedrag binnen twee weken na de dag van verzending van zijn mededeling dient te zijn bijgeschreven op de rekening van de rechtbank dan wel ter griffie te zijn gestort. Indien het bedrag niet binnen deze termijn is bijgeschreven of gestort, wordt het verzet niet-ontvankelijk verklaard, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.

  • 5

    Indien de in het derde lid bedoelde stukken niet zijn overgelegd, deelt de griffier de indiener van het verzetschrift mee dat deze stukken binnen twee weken na de dag van verzending van zijn mededeling ter griffie dienen te zijn overgelegd. Indien dit laatste niet binnen deze termijn is geschied, wordt het verzet niet-ontvankelijk verklaard, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.

  • 6

    De griffier brengt het verzetschrift en de daarop betrekking hebbende stukken ter kennis van Onze Minister, ten einde hem in de gelegenheid te stellen daarover de nodige opmerkingen te maken. Onze Minister stelt de betrokken gerechtsdeurwaarder ervan in kennis dat verzet is gedaan. De kantonrechter geeft zo spoedig mogelijk na afloop van deze termijn, na zo nodig degene aan wie de administratieve sanctie is opgelegd te hebben gehoord, althans opgeroepen om te verschijnen, zijn met redenen omklede beschikking, welke onverwijld aan degene die het verzet heeft gedaan en aan Onze Minister wordt medegedeeld. De artikelen 13a en 13b zijn van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van de laatste volzin van artikel 13b, eerste lid, en met dien verstande dat hetgeen in die artikelen met betrekking tot de officier van justitie is bepaald, geldt voor Onze Minister.

  • 7

    Indien de kantonrechter het verzet gegrond oordeelt, houdt de beschikking tevens in dat aan de indiener van het verzetschrift het door hem betaalde griffierecht wordt vergoed door de griffier. In de overige gevallen kan de kantonrechter bepalen dat het betaalde griffierecht wordt vergoed.

  • 8

    Ten aanzien van derden die bij een inbeslagneming van goederen daarop geheel of gedeeltelijk recht menen te hebben, zijn de bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van toepassing.

  • 9

    De kosten van het verhaal krachtens dit artikel worden op gelijke voet als de administratieve sanctie op degene aan wie deze sanctie is opgelegd verhaald. Onder de kosten van het verhaal zijn begrepen de invorderingskosten.

Informatie geldend op 02-07-2019

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Beleidsregel Inning Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften
    tekst: tekst

  2. Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften
    artikel: 28a, 28b, 25, 27, 28, 36

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(02-07-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2018

wijziging

22-02-2017

Stb. 2017, 82

34086

13-12-2017

Stb. 2017, 496

01-01-2015

wijziging

26-11-2014

Stb. 2014, 540

33771

15-12-2014

Stb. 2014, 541

01-01-2013

wijziging

12-07-2012

Stb. 2012, 313

32891

12-07-2012

Stb. 2012, 314

01-07-2004

wijziging

13-05-2004

Stb. 2004, 215

28958

17-06-2004

Stb. 2004, 275

01-01-2002

wijziging

06-12-2001

Stb. 2001, 584

27878

10-12-2001

Stb. 2001, 621

15-07-2001

wijziging

26-01-2001

Stb. 2001, 70

22775

04-07-2001

Stb. 2001, 327

wijziging

17-05-2001

Stb. 2001, 245

27573

04-07-2001

Stb. 2001, 327

Inwtr. 1

01-01-2000

wijziging

28-10-1999

Stb. 1999, 469

25927

25-11-1999

Stb. 1999, 508

30-06-1997

wijziging

15-05-1997

Stb. 1997, 212

23689

06-06-1997

Stb. 1997, 240

01-01-1994

wijziging

04-06-1992
samen met
23-12-1993

Stb. 1992, 422
samen met
Stb. 1993, 690

22061
samen met
23258

23-12-1993

Stb. 1993, 693

01-08-1993

wijziging

07-07-1993

Stb. 1993, 369

22962

07-07-1993

Stb. 1993, 370

01-09-1992

nieuwe-regeling

03-07-1989

Stb. 1989, 300

20329

17-08-1992

Stb. 1992, 432

Opmerkingen

  • 1) Treedt in werking als de Gerechtsdeurwaardersreglement (Stb. 2001/70) in werking treedt.