Het verbod om persoonsgegevens betreffende iemands godsdienst of levensovertuiging te verwerken als bedoeld in artikel 16, is niet van toepassing indien de verwerking geschiedt door:
kerkgenootschappen, zelfstandige onderdelen daarvan of andere genootschappen op geestelijke grondslag voor zover het gaat om gegevens van daartoe behorende personen;
instellingen op godsdienstige of levensbeschouwelijke grondslag, voor zover dit gelet op het doel van de instelling en voor de verwezenlijking van haar grondslag noodzakelijk is, of
andere instellingen voor zover dit noodzakelijk is met het oog op de geestelijke verzorging van de betrokkene, tenzij deze daartegen schriftelijk bezwaar heeft gemaakt.
In de gevallen als bedoeld in het eerste lid, onder a, is het verbod tevens niet van toepassing op persoonsgegevens betreffende godsdienst of levensovertuiging van de gezinsleden van de betrokkene voor zover:
het betreffende genootschap met die gezinsleden uit hoofde van haar doelstelling regelmatige contacten onderhoudt en
die gezinsleden daartegen geen schriftelijk bezwaar hebben gemaakt.
In de gevallen als bedoeld in het eerste en tweede lid worden geen persoonsgegevens aan derden verstrekt zonder toestemming van de betrokkene.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(24-05-2018)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
25-05-2018 |
intrekking-regeling |
16-05-2018 |
16-05-2018 |
|||||
|
nieuwe-regeling |
06-07-2000 |
05-07-2001 |
||||||