Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 23 [Geldend t/m 24-05-2018]

  • 1

    Onverminderd de artikelen 17 tot en met 22 is het verbod om persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16, te verwerken niet van toepassing voor zover:

    • a.

      dit geschiedt met uitdrukkelijke toestemming van de betrokkene;

    • b.

      de gegevens door de betrokkene duidelijk openbaar zijn gemaakt;

    • c.

      dit noodzakelijk is voor de vaststelling, de uitoefening of de verdediging van een recht in rechte;

    • d.

      dit noodzakelijk is ter verdediging van de vitale belangen van de betrokkene of van een derde en het vragen van diens uitdrukkelijke toestemming onmogelijk blijkt;

    • e.

      dit noodzakelijk is ter voldoening aan een volkenrechtelijke verplichting of

    • f.

      dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, passende waarborgen worden geboden ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer en dit bij wet wordt bepaald dan wel het College ontheffing heeft verleend. Het College kan bij de verlening van ontheffing beperkingen en voorschriften opleggen;

    • g.

      de gegevens worden verwerkt door het College of een ombudsman als bedoeld in artikel 9:17 van de Algemene wet bestuursrecht en dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, voor de uitvoering van de hun wettelijk opgedragen taken en bij die uitvoering is voorzien in zodanige waarborgen dat de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene niet onevenredig wordt geschaad.

  • 2

    Het verbod om persoonsgegevens als bedoeld in artikel 16, te verwerken ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek of statistiek is niet van toepassing voor zover:

    • a.

      het onderzoek een algemeen belang dient,

    • b.

      de verwerking voor het betreffende onderzoek of de betreffende statistiek noodzakelijk is,

    • c.

      het vragen van uitdrukkelijke toestemming onmogelijk blijkt of een onevenredige inspanning kost en

    • d.

      bij de uitvoering is voorzien in zodanige waarborgen dat de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene niet onevenredig wordt geschaad.

  • 3

    Verwerkingen als bedoeld in het eerste lid, onder f, worden bij de Europese Commissie gemeld. Onze Minister wie het aangaat verricht de melding indien de verwerking bij wet is voorzien. Het College verricht de melding indien het voor de verwerking ontheffing heeft verleend.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(24-05-2018)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

25-05-2018

intrekking-regeling

16-05-2018

Stb. 2018, 144

34851

16-05-2018

Stb. 2018, 145

01-01-2015

wijziging

26-11-2014

Stb. 2014, 540

33771

15-12-2014

Stb. 2014, 541

09-02-2012

wijziging

26-01-2012

Stb. 2012, 33

31841

26-01-2012

Stb. 2012, 33

01-09-2001

nieuwe-regeling

06-07-2000

Stb. 2000, 302

25892

05-07-2001

Stb. 2001, 337