Bij algemene maatregel van bestuur kunnen in het belang van de bescherming van de bodem regels worden gesteld met betrekking tot het verrichten van handelingen waarbij als nevengevolg stoffen die de bodem kunnen verontreinigen of aantasten, op of in de bodem geraken.
Hiertoe kunnen behoren regels met betrekking tot:
het toepassen van gladheidsbestrijdingsmiddelen;
het met bij die maatregel aan te geven stoffen behandelen van voorwerpen, ten einde oppervlaktelagen daarop aan te brengen of daarvan te verwijderen;
het bewerken van voorwerpen, waarbij bij die maatregel aan te geven stoffen vrijkomen.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Besluit bodemkwaliteit
artikel: 22
Besluit gebruik meststoffen
artikel: 1
Circulaire schadevergoedingen
bijlage: Werkingssfeer van de schadevergoedingsregelingen
Invoeringswet Waterwet
artikel: 2.30
Wet bodembescherming
artikel: 5a, 12b, 11, 13, 15, 16, 17, 18, 27, 65, 66, 71, 92, 95, 97, 99
Wet milieubeheer
artikel: 15.21
Wet op de economische delicten
artikel: 1a
(06-01-2018)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
30-05-1994 |
Stb. 1994, 374 |
10-05-1994 |
Stb. 1994, 333 |