[Dit artikel is nog niet in werking getreden; ingeval buitengewone omstandigheden dit noodzakelijk maken kan bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze Minister-President, dit artikel in werking treden.]
Onze Minister van Veiligheid en Justitie kan artikel 56 van de Politiewet 2012 of afzonderlijke artikelleden daarvan voor het gehele land of een gedeelte daarvan buiten werking stellen.
Onze voornoemde Minister treft de nodige voorzieningen met betrekking tot de bijstand van de politie voor het geval dat op grond van het eerste lid bepalingen van de Politiewet 2012 buiten werking worden gesteld.
Voor zover deze voorzieningen betrekking hebben op bijstand van de politie gedurende situaties waarin op grond van artikel 7, eerste lid, of 8, eerste lid, van de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden bepalingen uit de Oorlogswet voor Nederland in werking zijn, geschiedt het treffen van deze voorzieningen in overeenstemming met Onze Minister van Defensie.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Coördinatiewet uitzonderingstoestanden
bijlage: A, B
Wet buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag
artikel: 1, 35
(22-06-2017)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuwe-regeling |
03-04-1996 |
|||||||
wijziging |
12-07-2012 |
Opmerkingen
1) De wijziging is in werking getreden op 1 januari 2013 (Stb. 2012/317).