De voorzitter en de overige leden van het veterinair tuchtcollege, alsmede voor elk van hen een of meer plaatsvervangers, worden voor de tijd van zes jaren door Onze Ministers benoemd. Zij zijn bij hun aftreden herbenoembaar. Op eigen verzoek kunnen zij door Onze Ministers worden ontslagen. De benoemingstermijn van degene die wordt benoemd ter vervulling van een tussentijdse vacature, eindigt bij het verstrijken van de benoemingstermijn van degene in wiens plaats hij is getreden.
Voor de plaatsvervangers, bedoeld in het eerste lid, gelden dezelfde vereisten van benoembaarheid als voor de leden die zij vervangen.
Onze Ministers verlenen aan de leden en hun plaatsvervangers ontslag met ingang van de maand, volgend op die waarin de betrokkenen de leeftijd van zeventig jaren hebben bereikt. Zij verlenen aan de leden en hun plaatsvervangers eveneens ontslag bij verlies van een vereiste voor hun benoembaarheid.
De secretaris en de plaatsvervangend secretaris worden door Onze Ministers benoemd, geschorst en ontslagen.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Wet dieren
artikel: 8.36
(03-01-2019)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuwe-regeling |
19-05-2011 |
05-06-2014 |