Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 2.8 Verschuldigde inkomstenbelasting op gewone aanslag

  • 1

    Indien in het belastbare inkomen uit werk en woning of het belastbare inkomen uit aanmerkelijk belang te conserveren inkomen is begrepen, is de verschuldigde belasting voorzover deze bij wege van aanslag wordt geheven de belasting die wordt berekend over de belastbare inkomens, verminderd met het daarin begrepen te conserveren inkomen.

  • 2

    Als te conserveren inkomen worden aangemerkt de positieve inkomensbestanddelen die in aanmerking zijn genomen op grond van de artikelen 3.58, eerste lid, 3.64, eerste lid, 3.83, eerste of tweede lid, 3.133, tweede lid, onderdelen h of j, 3.136, eerste, tweede, derde, vierde of vijfde lid, 4.16, eerste lid, onderdeel h, 7.2, achtste lid, of 7.5, vierde, vijfde of zevende lid.

  • 3

    Op een bij de aangifte gedaan verzoek wordt het positieve inkomensbestanddeel dat in aanmerking is genomen op grond van artikel 3.58, eerste lid, geheel of gedeeltelijk niet als te conserveren inkomen aangemerkt.

  • 4

    Op verzoek van de gezamenlijke belanghebbenden wordt als te conserveren inkomen aangemerkt het vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang wegens een overgang krachtens huwelijksvermogensrecht op een niet in Nederland wonende verkrijger of wegens een verdeling van een huwelijksgemeenschap naar een zodanige verkrijger binnen twee jaren na de ontbinding van de huwelijksgemeenschap, indien de verkregen aandelen of winstbewijzen geen deel uitmaken van het vermogen van een voor zijn rekening gedreven Nederlandse onderneming als bedoeld in artikel 7.2 en niet tot het resultaat van een werkzaamheid in Nederland van hem behoren.

  • 5

    Op verzoek van de gezamenlijke belanghebbenden wordt als te conserveren inkomen aangemerkt het in de tweede volzin aangeduide gedeelte van het vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang wegens een overgang krachtens erfrecht onder algemene titel of onder bijzondere titel op een natuurlijk persoon die niet in Nederland woont. Als te conserveren inkomen wordt aangemerkt het deel dat uitgaat boven het vervreemdingsvoordeel dat ingevolge artikel 4.17a in aanmerking zou zijn genomen wanneer de natuurlijk persoon, bedoeld in de eerste volzin, in Nederland zou hebben gewoond ten tijde van de overgang.

  • 6

    Op verzoek van de gezamenlijke belanghebbenden wordt als te conserveren inkomen aangemerkt het in de tweede volzin aangeduide gedeelte van het vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang wegens een verdeling van een nalatenschap naar een natuurlijk persoon die niet in Nederland woont binnen twee jaar na het overlijden van de erflater. Als te conserveren inkomen wordt aangemerkt het deel dat uitgaat boven het vervreemdingsvoordeel dat ingevolge artikel 4.17b in aanmerking zou zijn genomen wanneer de natuurlijk persoon, bedoeld in de eerste volzin, in Nederland zou hebben gewoond ten tijde van de verdeling.

  • 7

    Op verzoek van de gezamenlijke belanghebbenden wordt als te conserveren inkomen aangemerkt het in de tweede volzin aangeduide gedeelte van het vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang wegens een vervreemding aan een natuurlijk persoon die niet in Nederland woont en bij welke vervreemding artikel 4.22 toepassing heeft gevonden. Als te conserveren inkomen wordt aangemerkt het deel dat uitgaat boven het vervreemdingsvoordeel dat ingevolge artikel 4.17c in aanmerking zou zijn genomen wanneer de natuurlijk persoon, bedoeld in de eerste volzin, in Nederland zou hebben gewoond ten tijde van de vervreemding.

Informatie geldend op 13-01-2022

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Algemene wet inzake rijksbelastingen
    artikel: 30fc

  2. Besluit Lucratief belang in internationale situaties
    tekst: tekst

  3. Inkomstenbelasting, aanmerkelijk belang, verzamelbesluit
    tekst: tekst

  4. Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001
    artikel: I

  5. Invorderingswet 1990
    artikel: 25, 45

  6. Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990
    artikel: 2

  7. Wet inkomstenbelasting 2001
    artikel: 4.12a, 10bis.4, 2.16, 2.9, 9.1

  8. Wet op de loonbelasting 1964
    artikel: 38p

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(13-01-2022)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2013

wijziging

20-12-2012

Stb. 2012, 670

33405

20-12-2012

Stb. 2012, 670

01-01-2010

wijziging

23-12-2009

Stb. 2009, 610

32129

23-12-2009

Stb. 2009, 610

16-07-2009

t/m 29-06-2009

wijziging

08-07-2009

Stb. 2009, 304

31990

08-07-2009

Stb. 2009, 304

Alg. 1

01-03-2004

wijziging

18-12-2003

Stb. 2003, 528

29026

18-12-2003

Stb. 2003, 528

01-01-2003

wijziging

11-12-2002

Stb. 2002, 613

28487

11-12-2002

Stb. 2002, 613

Inwtr. 2

t/m 01-01-2001

wijziging

12-12-2002

Stb. 2002, 617

28608

12-12-2002

Stb. 2002, 617

Inwtr. 3

01-01-2002

t/m 01-01-2001

wijziging

14-12-2001

Stb. 2001, 643

28015

14-12-2001

Stb. 2001, 643

Inwtr. 4

01-01-2001

wijziging

14-12-2000

Stb. 2000, 570

27466

14-12-2000

Stb. 2000, 570

wijziging

14-12-2000

Stb. 2000, 567

27209

14-12-2000

Stb. 2000, 567

nieuwe-regeling

11-05-2000

Stb. 2000, 215

26727

11-05-2000

Stb. 2000, 216

Inwtr. 5

Opmerkingen

  • 1) [...opmerking...]

  • 2) De datum van inwerkingtreding is vastgesteld onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet.

  • 3) De datum van inwerkingtreding is vastgesteld onder toepassing van artikel 16, eerste lid, van de Tijdelijke referendumwet.

  • 4) De artikelen 2.8, 3.143, 6.13, 8.9 en 9.4 werken terug tot en met 1 januari 2001.

  • 5) De inwerkingtredingsdatum van de artikelen 3.16, 3.120, 4.15 en 5.4 is gewijzigd door hoofdstuk 3, art. II van Invoeringswet IB.