Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 3.126 Toegelaten aanbieders

  • 1

    Premies voor lijfrenten als bedoeld in artikel 1.7, eerste lid, onderdeel a, worden alleen in aanmerking genomen indien zij zijn verschuldigd aan:

    • a.

      een van de volgende verzekeraars die de lijfrenteverplichting rekent tot het binnenlandse ondernemingsvermogen:

      • 1°.

        een verzekeraar als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;

      • 2°.

        een in Nederland wonend natuurlijk persoon die niet is de echtgenoot, of een in Nederland gevestigd lichaam, mits de lijfrenten zijn bedongen als tegenprestatie voor de overdracht van een onderneming of een gedeelte van een onderneming aan die persoon of dat lichaam, maar tot ten hoogste het bedrag van de met of bij die overdracht behaalde winst en het bedrag van de afnemingen van de oudedagsreserve volgens artikel 3.70 in het jaar van de overdracht;

    • b.

      een lichaam dat volgens artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 is vrijgesteld van die belasting;

    • c.

      een niet in Nederland gevestigd pensioenfonds of lichaam dat het levensverzekeringsbedrijf uitoefent, mits de premies worden voldaan ter vrijwillige voortzetting van een pensioenregeling of terzake van een lijfrente die reeds voor het ontstaan van de binnenlandse belastingplicht is verzekerd bij dat fonds of dat lichaam en dat fonds of lichaam voldoet aan door Onze Minister te stellen voorwaarden;

    • d.

      een pensioenfonds of lichaam dat bevoegd het verzekeringsbedrijf uitoefent, anders dan bedoeld in de onderdelen a, b en c, dat door Onze Minister, onder door hem te stellen voorwaarden, is aangewezen en dat zich tegenover Onze Minister heeft verplicht:

      • 1°.

        te voldoen aan voorwaarden met betrekking tot het verschaffen van inlichtingen over de uitvoering van de regeling, en

      • 2°.

        zekerheid te stellen voor de invordering van de belasting die is verschuldigd door toepassing van de artikelen 3.133, 3.135 en 3.136, dan wel de belastingplichtige zich heeft verplicht deze zekerheid te stellen.

  • 2

    Voor premies voor aanspraken op periodieke uitkeringen en verstrekkingen ter zake van invaliditeit, ziekte of ongeval is het eerste lid, onderdelen a, onder 1°, b, c, en d van overeenkomstige toepassing.

  • 3

    Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de in het eerste lid, onderdeel d, bedoelde aanwijzing.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(13-01-2022)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2010

t/m 01-01-2004

wijziging

23-12-2009

Stb. 2009, 612

32133

23-12-2009

Stb. 2009, 612

30-12-2008

wijziging

18-12-2008

Stb. 2008, 567

31717

18-12-2008

Stb. 2008, 567

01-01-2008

wijziging

20-12-2007

Stb. 2007, 577

30432

20-12-2007

Stb. 2007, 577

01-01-2007

wijziging

20-11-2006

Stb. 2006, 605

30658

11-12-2006

Stb. 2006, 664

01-01-2001

nieuwe-regeling

11-05-2000

Stb. 2000, 215

26727

11-05-2000

Stb. 2000, 216

Inwtr. 1

Opmerkingen

  • 1) De inwerkingtredingsdatum van de artikelen 3.16, 3.120, 4.15 en 5.4 is gewijzigd door hoofdstuk 3, art. II van Invoeringswet IB.