Onze Minister van Infrastructuur en Milieu respectievelijk Onze Minister van Defensie kan na overleg met Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het belang van de openbare veiligheid ten aanzien van luchtvaartuigen die door hem aangewezen gevaarlijke stoffen vervoeren, bepalen dat die luchtvaartuigen uitsluitend van door hem aangewezen luchthavens mogen starten of op die luchthavens mogen landen.
Onze Minister van Infrastructuur en Milieu respectievelijk Onze Minister van Defensie kan na overleg met Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het belang van de openbare veiligheid bepalen, dat de in het eerste lid bedoelde gevaarlijke stoffen op de in het eerste lid bedoelde luchthavens slechts mogen worden geladen, gelost of neergelegd op door hem op die luchthavens aangewezen plaatsen.
Onze Minister van Defensie kan ten aanzien van militaire helikopters de in het eerste en tweede lid bedoelde beperkingen ook doen gelden voor door hem aangewezen terreinen, niet zijnde luchthavens.
Het is verboden te handelen in strijd met het bepaalde krachtens het eerste, tweede of derde lid.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Wet luchtvaart
artikel: 10.6
Wet op de economische delicten
artikel: 1a
(11-07-2019)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
17-05-2017 |
19-08-2017 |
||||||
wijziging |
23-09-2015 |
10-12-2015 |
||||||
wijziging |
18-12-2008 |
14-10-2009 |
||||||
nieuw |
12-10-2000 |
04-03-2003 |