Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 7.4 [Geldend t/m 31-12-2023]

  • 1

    Onverminderd artikel 7.2 en artikel 117 van het Wetboek van Strafvordering kan Onze Minister bepalen dat dieren, planten of eieren van dieren die in strijd met het bepaalde bij of krachtens deze wet binnen het grondgebied van Nederland zijn gebracht, op kosten van de eigenaar, vervoerder, importeur of diens gemachtigde:

    • a.

      worden teruggezonden naar het land van uitvoer of herkomst, of

    • b.

      naar enige andere plaats buiten Nederland worden gebracht die daarvoor naar het oordeel van Onze Minister geschikt is en in overeenstemming is met de doeleinden van de op 3 maart 1973 te Washington tot stand gekomen Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde en in het wild levende dier- en plantensoorten (Trb. 1975, 22), naar de tekst zoals deze bij dat verdrag is vastgesteld.

  • 2

    Onverminderd artikel 7.2 kan Onze Minister besluiten dat levende dieren, behorend tot een in het wild levende soort die van nature in Nederland voorkomt, die in strijd met het bepaalde bij of krachtens deze wet worden gehouden en waarvan kan worden aangenomen dat zij zich in de natuur kunnen handhaven, op kosten van de eigenaar of van degene die deze dieren onder zich heeft, in hun natuurlijke leefomgeving in vrijheid worden gesteld.

  • 3

    Onder de in het eerste en tweede lid bedoelde kosten kunnen mede zijn begrepen de kosten van bewaring in verband met het transport naar de plaats van bestemming.

  • 4

    Indien niet tot terugzending of tot invrijheidstelling in de natuurlijke leefomgeving als bedoeld in het eerste, onderscheidenlijk tweede lid wordt besloten, kunnen de kosten van verzorging, huisvesting of opslag binnen Nederland geheel of gedeeltelijk in rekening worden gebracht bij de eigenaar of de importeur van het dier, de plant of het ei, of degene die het dier, de plant of het ei verhandelt, of bij de gemachtigde van de eigenaar, de importeur of degene die verhandelt. Bij ministeriële regeling kunnen terzake nadere regels worden gesteld.

  • 5

    Bij gebreke van volledige betaling binnen de door hem gestelde termijn kan Onze Minister hetgeen krachtens het eerste, tweede, derde of vierde lid verschuldigd is invorderen bij dwangbevel.

Informatie geldend op 23-12-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Regeling natuurbescherming
    artikel: 5.5

  2. Wet natuurbescherming
    artikel: 7.2

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(23-12-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2024

intrekking-regeling

08-07-2020

Stb. 2020, 310

34985

05-04-2023

Stb. 2023, 113

Alg. 1

01-01-2017

nieuwe-regeling

16-12-2015

Stb. 2016, 34

33348

11-10-2016

Stb. 2016, 384

Opmerkingen

  • 1) Hoofdstuk 2 van Stb. 2020/310 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.