Bij een bestemmingsplan kunnen voor zover het gronden betreft, waarvan het gebruik afwijkt van het plan, een of meer onderdelen worden aangewezen, ten aanzien waarvan de verwerkelijking van het plan in de naaste toekomst nodig wordt geacht.
Bij een bestemmingsplan kan worden bepaald, dat met de verwerkelijking van gemeentewege van één of meer onderdelen daarvan eerst na een bij het plan te bepalen tijdstip een aanvang kan worden gemaakt.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Geen
(03-07-2015)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
01-07-2008 |
intrekking-regeling |
22-05-2008 |
16-06-2008 |
|||||
wijziging |
10-01-2000 |
10-01-2000 |
||||||
wijziging |
27-10-1972 |
Stb. 1972, 578 |
05-12-1972 |
Stb. 1972, 684 |
||||
nieuwe-regeling |
05-07-1962 |
Stb. 1962, 286 |
24-07-1965 |
Stb. 1965, 340 |
Opmerkingen
1) Afdeling 9.1 van Stb. 2008/180 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.