Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 29 [Geldend t/m 30-06-2008]

  • 1

    Onze Minister kan binnen vier weken na de bekendmaking van het besluit omtrent goedkeuring van het bestemmingsplan aan gedeputeerde staten schriftelijk mededelen dat hij overweegt dat besluit voor zover in kennelijke strijd met het nationaal ruimtelijk beleid te vervangen door een eigen besluit.

  • 2

    Voor zover het besluit van gedeputeerde staten strekt tot goedkeuring geeft Onze Minister slechts toepassing aan het eerste lid, indien de inspecteur op de in het eerste lid genoemde grondslag bedenkingen heeft ingebracht bij gedeputeerde staten op grond van artikel 27, eerste of tweede lid.

  • 3

    Indien Onze Minister geen toepassing geeft aan het eerste lid wordt het besluit van gedeputeerde staten met het bestemmingsplan met ingang van de zesde week na de bekendmaking, bedoeld in artikel 28, vijfde lid, ter gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage gelegd.

  • 4

    Indien Onze Minister toepassing geeft aan het eerste lid zenden gedeputeerde staten hem terstond hun besluit onder bijvoeging van de zich onder hen bevindende, op de zaak betrekking hebbende stukken, voor zover dit niet in strijd is met enige wettelijke bepaling tot geheimhouding.

  • 5

    Indien toepassing is gegeven aan het eerste lid doet Onze Minister daarvan gelijktijdig mededeling door toezending van een afschrift aan de Rijksplanologische Commissie, aan de betrokken gemeente en aan de inspecteur. Artikel 3:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht is van overeenkomstige toepassing.

  • 6

    Binnen twaalf weken na de dagtekening van de in het eerste lid bedoelde mededeling beslist Onze Minister omtrent vervanging van het besluit van gedeputeerde staten. Alvorens te beslissen hoort hij de Rijksplanologische Commissie, gedeputeerde staten en de betrokken gemeenteraad.

  • 7

    Onze Minister maakt zijn besluit binnen twee weken na dagtekening daarvan bekend aan gedeputeerde staten. Indien Onze Minister niet heeft beslist binnen de in het zesde lid bedoelde termijn, wordt het besluit van Onze Minister vervangen door een schriftelijke mededeling van dat feit. Het vijfde lid is van overeenkomstige toepassing. Voorts zendt Onze Minister een afschrift van zijn besluit of van de in de tweede volzin van dit lid bedoelde mededeling aan hen die bij gedeputeerde staten bedenkingen hebben ingebracht als bedoeld in artikel 27, eerste of tweede lid. Het besluit van Onze Minister of de mededeling, bedoeld in de tweede volzin van dit lid, wordt binnen twee weken na de bekendmaking daarvan met het besluit van gedeputeerde staten en het bestemmingsplan ter gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage gelegd voor de duur van zes weken. Artikel 23, eerste lid, onder a, is van overeenkomstige toepassing.

  • 8

    Voor zover het besluit, bedoeld in het zesde lid, strekt tot vervanging, komt het besluit van Onze Minister in de plaats van het besluit van gedeputeerde staten. Onze Minister geeft zo nodig het door hem vervangen gedeelte van het besluit van gedeputeerde staten op de tot het plan behorende kaart en in de daarbij behorende voorschriften aan. Artikel 28, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.

  • 9

    Indien het besluit, bedoeld in het zesde lid, ertoe strekt van vervanging af te zien, dan wel de in dat lid bedoelde termijn is verstreken zonder dat een besluit als bedoeld in dat lid is genomen, blijft het besluit van gedeputeerde staten gehandhaafd.

Informatie geldend op 03-07-2015

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

Geen

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(03-07-2015)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-07-2008

intrekking-regeling

22-05-2008

Stb. 2008, 180

30938

16-06-2008

Stb. 2008, 227

Alg. 1

25-02-2005

wijziging

22-10-2003

Stb. 2003, 449

28744

08-02-2005

Stb. 2005, 81

03-04-2000

wijziging

01-07-1999

Stb. 1999, 302

25311

24-12-1999

Stb. 2000, 7

wijziging

10-01-2000

Stb. 2000, 8

10-01-2000

Stb. 2000, 8

01-01-1998

wijziging

04-12-1997

Stb. 1997, 580

25464

11-12-1997

Stb. 1997, 581

01-01-1994

nieuw

16-12-1993

Stb. 1993, 650

22495

23-12-1993

Stb. 1993, 693

01-01-1994

vervallen

16-12-1993

Stb. 1993, 650

22495

23-12-1993

Stb. 1993, 693

01-07-1986

wijziging

21-11-1985

Stb. 1985, 623

14889

16-12-1985

Stb. 1985, 667

01-05-1976

wijziging

01-05-1975

Stb. 1975, 283

11280

22-04-1976

Stb. 1976, 233

01-02-1973

wijziging

27-10-1972

Stb. 1972, 578

10590

05-12-1972

Stb. 1972, 684

01-08-1965

nieuwe-regeling

05-07-1962

Stb. 1962, 286

4233

24-07-1965

Stb. 1965, 340

Opmerkingen

  • 1) Afdeling 9.1 van Stb. 2008/180 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.