Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 3:241

  • 1

    De beslissing tot vaststelling van een saneringsmaatregel laat onverlet het goederenrechtelijke recht van een schuldeiser of een derde op een goed of goederen, zowel bepaalde goederen als gehelen met een wisselende samenstelling van onbepaalde goederen, die toebehoren aan de bank of verzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, en die zich op het tijdstip waarop de beslissing tot opening van de saneringsprocedure rechtsgevolgen heeft, bevinden op het grondgebied van een andere lidstaat dan de lidstaat waar de entiteit voor risico-acceptatie, bank of verzekeraar haar of zijn zetel heeft.

  • 2

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt onder goederenrechtelijk recht in ieder geval verstaan:

    • a.

      het recht een goed te gelde te maken of te laten maken en te worden voldaan uit de opbrengst van of de inkomsten uit het goed, in het bijzonder op grond van een recht van pand of recht van hypotheek;

    • b.

      het uitsluitende recht een vordering te innen, in het bijzonder op grond van een pandrecht op de vordering of op grond van een cessie tot zekerheid van de vordering;

    • c.

      het recht om een goed van een ieder die het zonder recht houdt op te eisen, van dat goed afgifte te verlangen of van dat goed een ongestoord genot te verlangen;

    • d.

      het goederenrechtelijke recht om van een goed de vruchten te trekken.

  • 3

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt met een goederenrechtelijk recht gelijkgesteld het in een openbaar register ingeschreven recht tot verkrijging van een goederenrechtelijk recht als bedoeld in het eerste lid dat aan derden kan worden tegengeworpen.

  • 4

    Voor de toepassing van dit artikel is de lidstaat waar een goed zich bevindt:

    • a.

      met betrekking tot registergoederen en rechten op registergoederen: de lidstaat onder het gezag waarvan het desbetreffende register wordt gehouden;

    • b.

      met betrekking tot zaken, voorzover niet vallend onder onderdeel a: de lidstaat op het grondgebied waarvan de zaak zich bevindt; en

    • c.

      met betrekking tot schuldvorderingen: de lidstaat op het grondgebied waarvan de statutaire zetel van de derde-schuldenaar zich bevindt.

Informatie geldend op 10-09-2024

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Besluit reikwijdtebepalingen Wft
    artikel: 15

  2. Faillissementswet
    artikel: 213q

  3. Wet op het financieel toezicht
    artikel: 3:248, 3:244, 3:242

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-09-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2016

wijziging

13-12-2012
samen met
24-06-2015

Stb. 2012, 679
samen met
Stb. 2015, 278

33273
samen met
34100

10-07-2015

Stb. 2015, 309

01-01-2012

t/m 30-04-2011

wijziging

22-12-2011

Stb. 2011, 670

32826

22-12-2011

Stb. 2011, 671

01-09-2008

wijziging

03-07-2008

Stb. 2008, 333

31131

07-08-2008

Stb. 2008, 335

01-01-2007

nieuwe-regeling

28-09-2006

Stb. 2006, 475

29708

11-12-2006

Stb. 2006, 664