Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 3:278d

  • 1

    Indien het overleg met de betrokken toezichthoudende instanties van andere lidstaten niet binnen de termijn, bedoeld in artikel 3:278c, tot overeenstemming heeft geleid, neemt de Nederlandsche Bank, indien zij toezicht houdt op dochterondernemingen van een EU-moederbeleggingsonderneming die op grond van artikel 1, tweede lid, van de verordening prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen de vereisten van de verordening kapitaalvereisten toepast of EU-moederbank of een EU-moederholding op niet-geconsolideerde basis of op subgeconsolideerde basis, onverwijld een besluit op grond van de evaluatie bedoeld in artikel 3:18a, of de solvabiliteit van de dochteronderneming toereikend is gelet op haar financiële situatie en risicoprofiel.

  • 2

    De Nederlandsche Bank besluit over de toepassing van de artikelen 3:18a en 3:111a nadat zij de door de betrokken toezichthoudende instantie die toezicht houdt op geconsolideerde basis geuite standpunten en voorbehouden in aanmerking heeft genomen.

  • 3

    De Nederlandsche Bank actualiseert jaarlijks het besluit, bedoeld in het tweede lid.

Informatie geldend op 10-09-2024

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-09-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

19-10-2021

wijziging

29-09-2021

Stb. 2021, 463

35783

12-10-2021

Stb. 2021, 478

01-01-2015

wijziging

19-11-2014

Stb. 2014, 472

33918

11-12-2014

Stb. 2014, 534

01-08-2014

wijziging

25-06-2014

Stb. 2014, 253

33849

15-07-2014

Stb. 2014, 304

Alg. 1

01-01-2012

t/m 30-04-2011

wijziging

22-12-2011

Stb. 2011, 670

32826

22-12-2011

Stb. 2011, 671

30-12-2011

nieuw

22-12-2011

Stb. 2011, 669

32787

22-12-2011

Stb. 2011, 669

Opmerkingen

  • 1) Abusievelijk is voor het tweede lid een wijzigingsopdracht geformuleerd die niet geheel juist is.