Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 5:25c

  • 1

    Binnen vier maanden na afloop van het boekjaar stelt een uitgevende instelling haar opgemaakte jaarlijkse financiële verslaggeving algemeen verkrijgbaar. De jaarlijkse financiële verslaggeving, met uitzondering van het bezoldigingsverslag, bedoeld in artikel 135b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, wordt gedurende een periode van ten minste tien jaar beschikbaar gehouden voor het publiek.

  • 2

    De jaarlijkse financiële verslaggeving omvat:

    • a.

      de door een accountant gecontroleerde jaarrekening;

    • b.

      het bestuursverslag;

    • c.

      verklaringen van de bij de uitgevende instelling als ter zake verantwoordelijk aangewezen personen, met duidelijke vermelding van naam en functie, van het feit dat, voor zover hun bekend,

      • 1°.

        de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de activa, de passiva, de financiële positie en de winst of het verlies van de uitgevende instelling en de gezamenlijk in de consolidatie opgenomen ondernemingen; en

      • 2°.

        het bestuursverslag een getrouw beeld geeft omtrent de toestand op de balansdatum, de gang van zaken gedurende het boekjaar van de uitgevende instelling en van de met haar verbonden ondernemingen waarvan de gegevens in haar jaarrekening zijn opgenomen en dat in het bestuursverslag de wezenlijke risico’s waarmee de uitgevende instelling wordt geconfronteerd, zijn beschreven;

    • d.

      het door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, gecontroleerde jaarlijkse bezoldigingsverslag, bedoeld in artikel 135b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 3

    Indien de uitgevende instelling zetel heeft in Nederland wordt voor de toepassing van dit artikel verstaan onder:

  • 4

    Indien de uitgevende instelling zetel heeft in een andere lidstaat wordt voor de toepassing van dit artikel verstaan onder:

    • a.

      de jaarrekening: de jaarrekening die met inachtneming van het recht van die lidstaat ter uitvoering van de richtlijn jaarrekening en, voor zover toepasselijk, overeenkomstig artikel 3 van de IAS-verordening goedgekeurde voorschriften is opgemaakt, alsmede de door de accountant, die belast was met de controle van die jaarrekening, ondertekende en gedagtekende verklaring over de door hem uitgevoerde controle en, indien de uitgevende instelling tevens moederonderneming in de zin van de richtlijn jaarrekening is, de jaarrekening die is opgemaakt met inachtneming van het recht van die lidstaat ter uitvoering van de richtlijn jaarrekening;

    • b.

      het bestuursverslag: het bestuursverslag dat is opgesteld met inachtneming van het recht van die lidstaat ter uitvoering van de artikelen 19 en 20 van de richtlijn jaarrekening.

  • 5

    Indien de uitgevende instelling zetel heeft in een staat die geen lidstaat is en Nederland lidstaat van herkomst is, geeft de uitgevende instelling ten aanzien van de jaarrekening en het bestuursverslag overeenkomstige toepassing aan het derde lid.

  • 6

    Indien een beleggingsinstelling de jaarlijkse financiële verslaggeving ingevolge dit deel opstelt, neemt de beheerder van de beleggingsinstelling de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen gegevens op in de jaarlijkse financiële verslaggeving of in een gelijktijdig met de jaarlijkse financiële verslaggeving algemeen verkrijgbaar te stellen document.

  • 7

    Indien tussen het algemeen verkrijgbaar stellen van de jaarlijkse financiële verslaggeving en de vaststelling daarvan, feiten of omstandigheden blijken die onontbeerlijk zijn voor het vormen van een verantwoord oordeel omtrent het vermogen, het resultaat, de solvabiliteit en de liquiditeit van de uitgevende instelling als bedoeld in artikel 362, zesde lid, eerste volzin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, stelt de uitgevende instelling onverwijld een bericht hieromtrent algemeen verkrijgbaar.

  • 8

    Indien de vastgestelde jaarlijkse financiële verslaggeving afwijkt van de opgemaakte jaarlijkse financiële verslaggeving, stelt de uitgevende instelling na vaststelling onverwijld een bericht hieromtrent algemeen verkrijgbaar.

  • 9

    Indien de uitgevende instelling een mededeling als bedoeld in artikel 362, zesde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek doet, stelt de uitgevende instelling deze mededeling onverwijld algemeen verkrijgbaar.

Informatie geldend op 10-09-2024

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Besluit bekostiging financieel toezicht 2019
    bijlage: 1

  2. Besluit bestuurlijke boetes financiële sector
    artikel: 10

  3. Besluit rapportage van betalingen aan overheden
    artikel: 5

  4. Besluit transparantie uitgevende instellingen Wft
    artikel: 1a, 14

  5. Burgerlijk Wetboek Boek 2
    artikel: 452, 454

  6. Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011
    artikel: 2:2

  7. Wet op het financieel toezicht
    artikel: 5:25g, 5:25m, 5:25o, 5:25s, 5:25u, 5:25v, 2:121e, 5:1, 1:13b, 1:94, 1:1
    bijlage: bij artikel 1:79 Wet op het financieel toezicht

  8. Wet toezicht financiële verslaggeving
    artikel: 1, 2, 3

  9. Wijzigingswet Wet op het financieel toezicht, enz. (implementatie richtlijn 2011/61/EU)
    artikel: VII

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-09-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-07-2023

wijziging

07-12-2022

Stb. 2023, 57

36131

24-03-2023

Stb. 2023, 107

29-01-2016

wijziging

23-12-2015

Stb. 2016, 31

34232

20-01-2016

Stb. 2016, 41

01-11-2015

wijziging

30-09-2015

Stb. 2015, 349

34176

13-10-2015

Stb. 2015, 351

Inwtr. 1

01-01-2014

wijziging

25-11-2013

Stb. 2013, 487

33632

11-12-2013

Stb. 2013, 552

22-07-2013

wijziging

12-06-2013

Stb. 2013, 228

33235

12-06-2013

Stb. 2013, 228

01-01-2009

nieuw

25-09-2008

Stb. 2008, 476

31093

16-12-2008

Stb. 2008, 579

Alg. 2

wijziging

20-11-2008

Stb. 2008, 545

31468

18-12-2008

Stb. 2008, 582

Opmerkingen

  • 1) De in de Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening (Stb. 2015/349) vervatte voorschriften zijn van toepassing op jaarrekeningen, bestuursverslagen en verslagen als bedoeld in artikel 392a die worden opgesteld over de boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016. De voorschriften van de Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening (Stb. 2015/349) kunnen worden toegepast op jaarrekeningen, bestuursverslagen en verslagen als bedoeld in artikel 392a die worden opgesteld over boekjaren die zijn aangevangen voor 1 januari 2016.

  • 2) Artikel VI, eerste lid van Stb. 2008/476 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.