Het budget voor een ho-student voor een kalendermaand is het totaal van:
een normbedrag voor de kosten van levensonderhoud;
het collegegeldkrediet; en
een reisvoorziening.
Dit budget kan worden verhoogd met een toeslag voor een eenoudergezin ingevolge artikel 3.5.
In afwijking van het eerste lid bestaat het budget voor een ho-student die in aanmerking komt voor levenlanglerenkrediet alleen uit dat krediet.
De bedragen zijn opgenomen in artikel 3.18.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(06-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
01-07-2020 |
08-07-2020 |
||||||
wijziging |
21-01-2015 |
30-01-2015 |
||||||
wijziging |
21-01-2015 |
30-01-2015 |
||||||
wijziging |
21-01-2015 |
30-01-2015 |
||||||
wijziging |
24-05-2007 |
24-05-2007 |
||||||
vervallen |
06-10-2005 |
09-12-2005 |
||||||
wijziging |
29-06-2000 |
29-06-2000 |
Opmerkingen
1) Is van toepassing ten aanzien van de deelnemer, bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet studiefinanciering 2000 met ingang van 1 augustus 2017.
2) Is van toepassing ten aanzien van de deelnemer, bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet studiefinanciering 2000 met ingang van 1 augustus 2015.