Zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Zorgverzekeringswet, indicatieorganen als bedoeld in artikel 9a van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, colleges van burgemeester en wethouders en andere bij algemene maatregel van bestuur aangewezen instanties verstrekken aan het CAK persoonsgegevens, waaronder persoonsgegevens betreffende de gezondheid als bedoeld in de Wet bescherming persoonsgegevens, van de personen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a, b en c, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering door het CAK van de in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak.
[Vervallen.]
Het CAK neemt voor de uitvoering van zijn in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak in zijn administratie het burgerservicenummer op van:
de personen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a, b en c en hun partners, en
de ouders en in voorkomend geval de partner van een ouder van zodanige personen die op de laatste dag van het berekeningsjaar minderjarig zijn.
Het CAK verstrekt voor de uitvoering van zijn in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak aan de inspecteur het burgerservicenummer van de personen, bedoeld in het derde lid.
De inspecteur verstrekt aan het CAK met betrekking tot de personen van wie het CAK het burgerservicenummer heeft verstrekt, de niet in Nederland belastbare inkomens, bedoeld in artikel 8, tweede lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van zijn in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak.
De inspecteur verstrekt aan het CAK de twee of meer burgerservicenummers van degenen die volgens de registratie van de rijksbelastingdienst, op de laatste dag van het berekeningsjaar woonden op het door het CAK verstrekte woonadres.
Het CAK stelt voor de personen waarvan de inspecteur de burgerservicenummers heeft verstrekt, vast of ze op de laatste dag van het berekeningsjaar, in de basisregistratie personen, op hetzelfde woonadres als een belanghebbende staan ingeschreven.
Bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald tot welke gegevens de verplichtingen, bedoeld in het eerste en tweede lid, zich uitstrekken en in welke gevallen de gegevens, bedoeld in het eerste, tweede en derde lid, verder worden verwerkt met het oog op de uitvoering van de in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak.
Bij ministeriële regeling wordt bepaald:
volgens welke technische standaarden gegevensverwerking door het CAK plaatsvindt;
aan welke beveiligingseisen gegevensverwerking door het CAK voldoet;
de hoogte van de vergoeding voor zorgverzekeraars voor het aanleveren van gegevens noodzakelijk voor het uitvoeren van de in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde taak;
op welke datum gegevens als bedoeld in het eerste en tweede lid uiterlijk worden verstrekt.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(21-04-2015)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
01-01-2016 |
intrekking-regeling |
04-06-2014 |
04-06-2014 |
|||||
|
01-01-2015 |
wijziging |
05-11-2014 |
14-11-2014 |
|||||
|
wijziging |
10-07-2013 |
28-11-2013 |
||||||
|
t/m 01-01-2012 |
wijziging |
05-04-2012 |
11-08-2012 |
|||||
|
wijziging |
22-02-2012 |
22-02-2012 |
||||||
|
wijziging |
29-10-2009 |
29-10-2009 |
||||||
|
nieuwe-regeling |
29-12-2008 |
29-12-2008 |
||||||
Opmerkingen
1) Artikel XVI, eerste en tweede lid, van Stb. 2014/259 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
2) Treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet basisregistratie personen in werking treedt.
3) Blijft buiten toepassing ten aanzien van tegemoetkomingen die betrekking hebben op de kalenderjaren die voor de datum van inwerkingtreding zijn gelegen.