De in artikel 1, tweede lid, bedoelde ambtenaar van de gemeente waarin de onroerende zaak is gelegen, bepaalt de waarde van die onroerende zaak.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld voor de onderbouwing en de uitvoering van de waardebepaling.
De voordracht voor een algemene maatregel van bestuur krachtens het tweede lid wordt niet gedaan dan nadat het ontwerp aan de beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd en aan de Kamers de gelegenheid is geboden om binnen zes weken na de dag waarop het ontwerp is overgelegd, hun oordeel aan Onze Minister kenbaar te maken.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Gemeentewet
artikel: 220d
Successiewet 1956
artikel: 21
Uitvoeringsbesluit onderbouwing en uitvoering waardebepaling Wet waardering onroerende zaken
artikel: 1
Waterschapswet
artikel: 121
Wet inkomstenbelasting 2001
artikel: 3.30a, 3.112, 3.19, 5.20
Wet tot veiling van bepaalde verkooppunten van motorbrandstoffen
artikel: 4
(01-05-2019)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
wijziging |
04-12-1997 |
11-12-1997 |
||||||
|
nieuwe-regeling |
15-12-1994 |
Stb. 1994, 874 |
15-12-1994 |
Stb. 1994, 874 |
||||