Een hulpverlener kan terzake van het hem uit hoofde van hulpverlening verschuldigde conservatoir beslag leggen op zaken, waaraan hulp is verleend doch die niet meer aan boord van het schip zijn, zolang niet een derde te goeder trouw en anders dan om niet daarop enig recht heeft verkregen.
De in dit artikel bedoelde beslagen kunnen niet worden gelegd op zaken die zich onder beheer van de strandvonder bevinden.
Tenzij het een schip betreft dat niet onder artikel 573 valt, wordt het beslag gelegd met toepassing van de regels betreffende conservatoir beslag op roerende zaken in handen van de schuldenaar, met dien verstande dat het verlof voor het leggen van conservatoir beslag mede kan worden verleend door de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam. De artikelen 711, eerste lid, 461d en 708, tweede lid, zijn op dit beslag niet van toepassing.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(18-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
22-06-2016 |
15-11-2016 |
||||||
wijziging |
07-05-1986 |
Stb. 1986, 295 |
17-04-1991 |
Stb. 1991, 200 |
||||
nieuw |
23-05-1990 |
Stb. 1990, 379 |
04-03-1991 |
Stb. 1991, 100 |
||||
vervallen |
02-07-1986 |
Stb. 1986, 372 |
02-07-1986 |
Stb. 1986, 372 |
||||
nieuwe-regeling |
31-03-1828 |
Stb. 1828, 38 |
10-04-1838 |
Stb. 1838, 12 |
Opmerkingen
1) Artikel II van Stb. 2016/255 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.