Oproepingen van derden als partij in het geding geschieden met inachtneming van de termijnen die gelden voor de betekening van de procesinleiding bij de belanghebbende of verweerder. Indien de oproeping niet geschiedt bij dezelfde procesinleiding waarmee de belanghebbende of verweerder in de procedure is betrokken, wordt de procesinleiding, waarmee de belanghebbende of verweerder in de procedure is betrokken, met de oproeping bij de derde betekend. Artikel 111, tweede lid, aanhef en onderdelen a, b, d, e, en g, artikel 128, tweede, derde en vierde lid en artikel 276 zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 112 is niet van toepassing.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(18-01-2022)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
wijziging |
13-07-2016 |
04-02-2021 |
||||||
|
wijziging |
13-07-2016 |
Stb. 2016, 288 |
01-05-2017 |
|||||
|
nieuw |
13-07-2016 |
Stb. 2016, 288 |
25-01-2017 |
|||||
Opmerkingen
1) Treedt uitsluitend in werking voor zover het betreft verzoekprocedures bij de Hoge Raad.
2) Treedt in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet in persoon kunnen procederen en met uitzondering van procedures die worden ingesteld op grond van de artikelen 254, 438, tweede tot en met vijfde lid, 486, eerste lid, 613, 642q, 771 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, artikel 27 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 122 van de Faillissementswet en de Onteigeningswet.
3) De artikelen III en IV van Stb. 2016/288 bevatten overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
4) Treedt uitsluitend in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.