Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 7

  • 1

    Indien in zaken waarbij een vordering is ingesteld de Nederlandse rechter ten aanzien van een van de verweerders rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van in hetzelfde geding betrokken andere verweerders, mits tussen de vorderingen tegen de onderscheiden verweerders een zodanige samenhang bestaat, dat redenen van doelmatigheid een gezamenlijke behandeling rechtvaardigen.

  • 2

    Indien in zaken waarbij een vordering is ingesteld de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, komt hem deze ook toe ten aanzien van een verzoek, tegenvordering of tegenverzoek en ten aanzien van een vordering tot vrijwaring, voeging of tussenkomst, tenzij onvoldoende samenhang bestaat met de oorspronkelijke vordering.

Informatie geldend op 18-01-2022

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van digitaal procederen)
    artikel: 9

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(18-01-2022)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-09-2017

wijziging

13-07-2016

Stb. 2016, 288

34059

01-05-2017

Stb. 2017, 174

Alg. 1

Inwtr. 2

01-01-2002

nieuw

06-12-2001

Stb. 2001, 580

26855

10-12-2001

Stb. 2001, 621

vernummerd-wijziging

14-12-2001

Stb. 2001, 623

10-12-2001

Stb. 2001, 621

Inwtr. 3

30-12-1991

nieuw

31-01-1991

Stb. 1991, 50

19976

28-05-1991

Stb. 1991, 234

30-12-1991

vervallen

31-01-1991

Stb. 1991, 50

19976

28-05-1991

Stb. 1991, 234

01-10-1985

wijziging

03-07-1985

Stb. 1985, 384

18052

02-08-1985

Stb. 1985, 450

01-01-1897

wijziging

07-07-1896

Stb. 1896, 103

31-07-1896

Stb. 1896, 146

01-10-1838

nieuwe-regeling

29-03-1828

Stb. 1828, 14

10-04-1838

Stb. 1838, 12

Opmerkingen

  • 1) De artikelen III en IV van Stb. 2016/288 bevatten overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.

  • 2) Treedt in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet in persoon kunnen procederen en met uitzondering van procedures die worden ingesteld op grond van de artikelen 254, 438, tweede tot en met vijfde lid, 486, eerste lid, 613, 642q, 771 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, artikel 27 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 122 van de Faillissementswet en de Onteigeningswet.Treedt eveneens in werking voor vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.Treedt in werking met uitzondering van het tweede lid, voor zover het een verzoek of tegenverzoek betreft.

  • 3) De datum van inwerkingtreding is ontleend aan de bron van aankondiging van de tekstplaatsing.