Indien de raad voor de kinderbescherming executant is dan wel, indien ingevolge het bepaalde in artikel 408, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen is belast met de invordering van onderhoudsgelden, kan hij dit beslag leggen hetzij op de gewone wijze, hetzij door van de beschikking in afschrift mededeling te doen aan de derde-beslagene. In het laatste geval zendt deze die schriftelijke kennisgeving voor "gezien" getekend aan de raad voor de kinderbescherming of het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen terug. Eerst door deze terugzending is het beslag voltooid. Indien het beslag op deze wijze wordt gelegd, komen de in de artikelen 475g, 475ga, 475gb en 475i, tweede tot en met vijfde lid, aan de deurwaarder toegekende bevoegdheden en verplichtingen gelijkelijk toe aan de raad voor de kinderbescherming of het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen.
De raad voor de kinderbescherming en het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen kunnen beslag leggen op de dag, volgende op die waarop de uitkering moet geschieden, zonder voorafgaande betekening of bevel tot betaling als bedoeld in artikel 432.
Toezending door de executant van een afschrift der kennisgeving bij aangetekende brief aan de geëxecuteerde binnen zeven dagen na de dag, waarop die kennisgeving, voor "gezien" getekend, door de executant van de derde-beslagene is terugontvangen, geldt als de betekening, bij artikel 475i voorgeschreven.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Algemene Kinderbijslagwet
artikel: 17g
Algemene nabestaandenwet
artikel: 45
Algemene Ouderdomswet
artikel: 17i
Participatiewet
artikel: 60
Remigratiewet
artikel: 6f
Toeslagenwet
artikel: 14g
Werkloosheidswet
artikel: 27g
Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
artikel: 54
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten
artikel: 3:43, 46
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
artikel: 28
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
artikel: 28
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (geldt in geval van digitaal procederen)
artikel: 479, 1077
(18-01-2022)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
29-11-2017 |
30-11-2020 |
||||||
wijziging |
08-09-2005 |
29-09-2005 |
||||||
wijziging |
06-12-2001 |
10-12-2001 |
||||||
wijziging |
28-01-1999 |
04-02-1999 |
||||||
wijziging |
23-03-1995 |
23-03-1995 |
||||||
wijziging |
30-09-1993 |
Stb. 1993, 539 |
15-11-1993 |
Stb. 1993, 605 |
||||
wijziging |
01-07-1992 |
Stb. 1992, 373 |
01-10-1992 |
Stb. 1992, 530 |
||||
wijziging |
07-05-1986 |
Stb. 1986, 295 |
20-02-1990 |
Stb. 1990, 90 |
||||
wijziging |
28-10-1991 |
Stb. 1991, 583 |
16-12-1991 |
Stb. 1991, 690 |
||||
nieuw |
16-05-1934 |
Stb. 1934, 253 |
16-05-1934 |
Stb. 1934, 253 |
Opmerkingen
1) Artikel XIII van Stb. 2005/455 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.