Zij, die uit hoofde van de chèque worden aangesproken, kunnen de verweermiddelen, gegrond op hun persoonlijke verhouding tot den trekker of tot vroegere houders, niet aan den houder tegenwerpen, tenzij deze bij de verkrijging van de chèque desbewust ten nadeele van den schuldenaar heeft gehandeld.
(19-06-2018)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuw |
17-11-1933 |
Stb. 1933, 613 |
04-05-1934 |
Stb. 1934, 228 |
||||
vervallen |
17-11-1933 |
Stb. 1933, 613 |
04-05-1934 |
Stb. 1934, 228 |
||||
wijziging |
20-01-1896 |
Stb. 1896, 9 |
20-01-1896 |
Stb. 1896, 9 |
||||
nieuwe-regeling |
23-03-1826 |
Stb. 1826, 18 |
10-04-1838 |
Stb. 1838, 12 |
||||
tekstplaatsing-wijziging |
04-07-1837 |
Stb. 1837, 51 |
10-04-1838 |
Stb. 1838, 12 |