Met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft:
stroperij gepleegd met behulp van vaartuigen, wagens, trek- of lastdieren;
stroperij gepleegd onder een of meer der in artikel 311, eerste lid, onder 2°-5°, vermelde omstandigheden.
Ontzetting van de in artikel 28, eerste lid, onder 1°, 2° en 4°, vermelde rechten kan worden uitgesproken.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(02-10-2024)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
27-03-1986 |
Stb. 1986, 139 |
27-03-1986 |
Stb. 1986, 140 |
||||
wijziging |
10-03-1984 |
Stb. 1984, 91 |
21-04-1984 |
Stb. 1984, 129 |
||||
wijziging |
04-05-1954 |
Stb. 1954, 169 |
04-05-1954 |
Stb. 1954, 169 |
||||
nieuwe-regeling |
03-03-1881 |
Stb. 1881, 35 |
15-04-1886 |
Stb. 1886, 64 |
||||
wijziging |
15-01-1886 |
Stb. 1886, 6 |
15-01-1886 |
Stb. 1886, 6 |