Artikel 258, derde lid, is na de aanvang van de terechtzitting van overeenkomstige toepassing.
De rechtbank kan bevelen dat het slachtoffer, diens vertegenwoordiger op grond van artikel 51e, zesde of zevende lid, of diens nabestaande, indien deze na oproeping niet op de terechtzitting is verschenen, zal worden opgeroepen om op een nader te bepalen tijdstip op de terechtzitting te verschijnen. Indien deze ten tweede male niet op de terechtzitting verschijnt, kan de rechtbank van het horen van het slachtoffer diens vertegenwoordiger op grond van artikel 51e, zesde of zevende lid, of de nabestaande afzien.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Tribunaalbesluit
artikel: 51
Wetboek van Strafrecht
artikel: 15e
Wetboek van Strafvordering
artikel: 415
(01-08-2019)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
14-04-2016 |
01-06-2016 |
||||||
wijziging |
26-11-2014 |
15-12-2014 |
||||||
wijziging |
19-06-2013 |
25-06-2013 |
||||||
wijziging |
12-07-2012 |
16-08-2012 |
||||||
nieuw |
21-07-2004 |
08-11-2004 |
||||||
vervallen |
15-01-1998 |
15-01-1998 |
||||||
wijziging |
30-07-1925 |
Stb. 1925, 343 |
04-12-1925 |
Stb. 1925, 465 |
||||
nieuwe-regeling |
15-01-1921 |
Stb. 1921, 14 |
04-12-1925 |
Stb. 1925, 465 |