Een Europees onderzoeksbevel dat strekt tot het opnemen van telecommunicatie kan in aanvulling op artikel 5.4.4 worden geweigerd indien in een soortgelijke Nederlandse strafzaak het opnemen van telecommunicatie niet zou worden toegestaan.
Het bevel kan – in overleg met de uitvaardigende autoriteit – worden uitgevoerd door:
onmiddellijke doorzending van telecommunicatie naar de uitvaardigende staat, of
interceptie, opname en vervolgens toezending van het resultaat van de interceptie van de telecommunicatie aan de uitvaardigende staat.
De uitvaardigende autoriteit kan, indien zij daarvoor bijzondere redenen heeft, verzoeken om een transcriptie, decodering of ontsleuteling van de opname. De officier van justitie beslist over inwilliging van dit verzoek. Kosten die voortvloeien uit de transcriptie, decodering of ontsleuteling van de opgenomen telecommunicatie komen voor rekening van de uitvaardigende staat.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(01-08-2019)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
nieuw |
31-05-2017 |
14-06-2017 |
||||||
nieuw |
28-01-2015 |
19-02-2015 |