Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 53a

  • 1

    Een door Onze Minister aan te wijzen onafhankelijke instantie draagt er, door daartoe deskundige instanties aan te wijzen, zorg voor dat bij elke toegelaten instelling mede ter plaatse een onderzoek kan worden verricht naar:

    • a.

      de resultaten van haar werkzaamheden, zowel uit het oogpunt van het belang van de volkshuisvesting als van het maatschappelijke belang van die werkzaamheden;

    • b.

      de wijze waarop de belanghebbenden in de gelegenheid zijn gesteld invloed uit te oefenen op het beleid, en

    • c.

      de kwaliteit van de governance.

  • 2

    De toegelaten instelling draagt er zorg voor dat het onderzoek, bedoeld in het eerste lid, ten minste een maal per vier jaar door de daartoe door haar te benaderen deskundige instantie, bedoeld in dat lid, wordt afgerond. De kosten van dat onderzoek komen voor haar rekening. Het bestuur van de toegelaten instelling kan, indien naar zijn oordeel bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, besluiten de termijn van vier jaar, genoemd in de eerste volzin, eens per dezelfde vier jaar met een jaar te verlengen of op te schorten, in welk geval het dit verantwoordt in het jaarverslag, bedoeld in artikel 36.

  • 3

    De deskundige instantie, bedoeld in het eerste lid, stelt telkens binnen zes weken na afloop van een onderzoek een rapport met haar bevindingen vast. Zij zendt het rapport onverwijld na de vaststelling daarvan aan de toegelaten instelling.

  • 4

    De toegelaten instelling zendt een rapport als bedoeld in het derde lid, vergezeld van de zienswijze van de raad van commissarissen en het bestuur daarop, binnen zes weken aan alle belanghebbenden en degenen die in het kader van het onderzoek hun zienswijze hebben gegeven. Zij stelt voorts het rapport binnen die termijn langs elektronische weg algemeen verkrijgbaar.

  • 5

    Een rapport als bedoeld in het derde lid is mede onderwerp van het overleg, bedoeld in artikel 44, eerste lid.

Informatie geldend op 05-07-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Aanwijzingsbesluit SVWN
    artikel: 1, 3

  2. Besluit mandaat Autoriteit woningcorporaties en aanwijzing toezichthouders Woningwet en WNT
    artikel: 3

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(05-07-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2022

wijziging

07-07-2021

Stb. 2021, 425

35517

01-12-2021

Stb. 2021, 601

01-07-2017

wijziging

25-01-2017

Stb. 2017, 25

34468

06-03-2017

Stb. 2017, 111

Alg. 1

wijziging

25-01-2017

Stb. 2017, 25

34468

06-03-2017

Stb. 2017, 111

Alg. 2

01-07-2015

nieuw

20-03-2015
samen met
20-03-2015

Stb. 2015, 145
samen met
Stb. 2015, 146

32769
samen met
33966

16-06-2015

Stb. 2015, 232

Alg. 3

Opmerkingen

  • 1) Abusievelijk geeft het Staatsblad een wijzigingsopdracht voor onderdeel a van het eerste lid in plaats van de aanhef van het eerste lid.

  • 2) Abusievelijk is een wijziging geformuleerd die niet kan worden doorgevoerd.

  • 3) De artikelen II en III van Stb. 2015/145 jo. Stb. 2015/146 bevatten overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.