De samenwerkende overheden, ondernemers, koepel- en maatschappelijke organisaties nemen regie door in zogenoemde praktijkpilots een aantal veelbelovende innovaties uit te testen. Wat werkt en wat niet? Een bedrijfsinnovatie is kansrijk als vanuit verschillende invalshoeken aan een aantal voorwaarden wordt voldaan:
Technisch: de bedrijfsaanpassing moet milieu-effectief inzetbaar zijn in de praktijk;
Economisch: er moet een verdienmodel voor de boer zijn;
Juridisch: er moet aan regels/eisen voor vergunningen worden voldaan;
Maatschappelijk: het moet voldoen aan maatschappelijke eisen voor de leefomgeving en dierenwelzijn.
Dergelijke innovaties moeten zorgen voor minder uitstoot van ammoniak (stikstof), fijnstof, geur en broeikasgassen.
In de praktijkpilots worden combinaties van kansrijke bedrijfsaanpassingen verder ontwikkeld. Het kan bijvoorbeeld gaan om innovaties in de stal, zoals stalvloeren die mest en urine van elkaar scheiden, afzuiging van vuile lucht, minder vervoerbewegingen, of opvang van fijnstof in de stal. Ook voer- en managementmaatregelen kunnen worden uitgetest. Denk aan het meer weiden van koeien, het vaker verwijderen van mest uit de stal of het voeren van minder eiwit aan het vee. Een breed palet van aanpassingen is aan de orde, zodat het hele systeem van vee houden onder de loep wordt genomen.
Een ander spoor is verkennen hoe de uitstoot zo nauwkeurig en continue mogelijk in beeld kan worden gebracht. Dat gebeurt met sensoren. Dit biedt de veehouder de mogelijkheid om de effectiviteit van de innovatie te volgen, bij te sturen en waar nodig aan te passen. De vraag is daarbij wat nodig is en welke aandachtspunten er zijn voor het werken met doelvoorschriften en het gebruik van sensoren.
De samenwerking is nodig omdat het verder brengen van innovaties complex is. De hele structuur van samenwerking noemen we het Regieorgaan ‘Versnellen innovatie emissiereductie duurzame veehouderij’. De betrokken overheden, ondernemers en organisaties formuleerden hun beoogde bijdrage in een convenant. De partijen kunnen samen verder komen dan ieder afzonderlijk. Iedereen heeft een eigen rol en verantwoordelijkheid. Partijen kunnen elkaar dan ook aanvullen. Een onafhankelijk voorzitter verbindt de partijen en een projectbureau ondersteunt met een programma coördinator en expertise de samenwerkende partijen bij het uitvoeren van de praktijkpilots en de gepaard gaande advisering over regels.
Dit regieorgaan staat niet op zichzelf. Het vormt één van de vele beleidsmaatregelen in de bredere plannen van het Kabinet om de landbouw te verduurzamen. Uitvoering van het convenant draagt bij aan versterking van de landbouw in combinatie met veel andere inspanningen. Denk aan subsidie voor de aanpak van het klimaat in de stal (Sbv), het delen van kennis in gebiedsgerichte fieldlabs (EIP), inspanningen rond kringlooplandbouw, en verankering van dierwaardige veehouderij.
Download in Nederlands: 'Regie om sneller te innoveren naar een duurzame veehouderij'
PDF document | 15 pagina's | 312 kB
Convenant | 04-12-2023
Brede samenwerking om innovaties in de veehouderij te versnellen
