Kan de gemeente een eigen vergunningvrije regeling voor bijgebouwen maken die niet werkt met het begrip “achtererfgebied” maar met bijvoorbeeld “bouwperceel”, zodat deze aansluit bij voormalige bestemmingsplannen?

"Het staat gemeenten vrij om in hun omgevingsplan zelf regels vast te leggen over vergunningvrij bouwen (artikel 5.1, eerste lid onder a, van de Omgevingswet. Gemeenten kunnen dus ook meer of minder bouwactiviteiten vergunningvrij maken dan op grond van de Wro mogelijk was. Daarbij kan er ook voor worden gekozen om te werken met andere begrippen dan het begrip ‘achtererfgebied’, omdat de wet daartoe niet verplicht. Daarbij geldt wel dat de bouwwerken die worden genoemd in artikel 2.29 van het Besluit bouwwerken leefomgeving (hierna: ‘het Bbl’) altijd vergunningvrij zijn. Voor die bouwwerken kan het omgevingsplan geen afwijkende regeling bevatten. Wél kunnen gemeenten de mogelijkheden van artikel 2.29 van het Bbl beperken door de inrichting als ‘gebouwerf’ te verbieden. De definitie van ’gebouwerf’ in Bijlage 1 bij het Bbl laat die beperking namelijk uitdrukkelijk toe (zoals dat ook het geval was bij de definitie van ‘erf’ in het Bor).
Dus ja: gemeenten kunnen een eigen regeling voor vergunningvrij bouwen maken die niet werkt met het begrip ‘achtererfgebied’. Zij kunnen daarbij ook andere begrippen hanteren. Maar als gemeenten de regeling voor vergunningvrij bouwen uit artikel 2.29 van het Bbl willen beperken, zullen zij in hun omgevingsplan uitdrukkelijk de inrichting als ‘gebouwerf’ moeten verbieden. Uiteraard geldt bij de uiteindelijke keuze voor een regeling voor vergunningvrij bouwen in het omgevingsplan dat moet worden gemotiveerd dat sprake is van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties."
Meer vragen over vergunningvrij bouwen? Neem gerust contact op met Marco van Moorsel!
