Burgerbetrokkenheid is noodzakelijk voor een beter, effectiever en rechtvaardiger leefomgevingsbeleid. Alleen met de inbreng, ideeën en inzet van burgers en de steun voor en acceptatie van beleid door de samenleving kunnen we de grote veranderopgaven aangaan om Nederland toekomstbestendig te maken; of het nu om fossielvrije energie, klimaatadaptatie, de grote woningtekorten of een natuurvriendelijker landbouw gaat. In het PBL-rapport Betrokken burgers – onmisbaar voor een toekomstbestendige leefomgeving staan acht signalen over hoe de overheid burgers beter bij de ontwikkeling en uitvoering van leefomgevingsbeleid kan betrekken.
De overheid denkt bij betrokkenheid van burgers vooral aan participatie, meedenken en meepraten op uitnodiging, terwijl aandacht voor het eigen initiatief, voor weerstand, voor de eigen ervaringen, wensen en mogelijkheden van burgers, en voor hoe het beleid voor verschillende groepen uitwerkt misschien wel belangrijker is. Door burgers in alle fasen van de zogenoemde beleidscyclus te betrekken, en ze mee te nemen in de prioritering, vormgeving, uitvoering en evaluatie van beleid, komen de verschillende perspectieven die bij burgers leven aan de orde en voelen zij zich beter betrokken bij het leefomgevingsbeleid.
Beleid gaat vaak uit van een eenzijdig burgerbeeld, terwijl ‘de burger’ niet bestaat. Burgers verschillen in wat ze weten, willen, kunnen en daarmee in wat ze in staat zijn te doen. Het is zaak om deze verschillen als uitgangspunt te nemen bij de vormgeving en uitvoering van beleid. Zo zal het beleid beter rekening moeten houden met (verschillen in) cognitieve, financiële en sociale vermogens en meer aansluiting moeten zoeken bij de ervaringen en beweegredenen van burgers, en wat hen belemmert om iets met hun betrokkenheid te doen. Bij de uitvoering van beleid is het belangrijk dat er meer aandacht wordt besteed aan de verdeling van lusten, lasten en risico’s over de verschillende groepen in de samenleving.
Aandacht voor burgerbetrokkenheid betekent niet dat de verantwoordelijkheid voor een toekomstbestendige leefomgeving bij burgers kan worden belegd; overheden zijn verantwoordelijk voor het stimuleren en logisch maken van duurzaam handelen, bijvoorbeeld door het gemakkelijker en goedkoper te maken. Zo kan de overheid er voor zorgen dat prijzen van producten de daaraan verbonden de milieuschade beter weerspiegelen, kan ze wet- en regelgeving invoeren en beter handhaven, administratieve rompslomp verminderen, innovatie stimuleren, en door zorg te dragen voor goed onderwijs en betrouwbare informatie bijdragen aan collectief bewustzijn met betrekking tot het belang van een toekomstbestendige leefomgeving.