In 2022 zijn ruim 100 duizend mensen van 70 jaar of ouder verhuisd naar een andere woning. Zij verhuisden vooral naar huurwoningen, waaronder zorgwoonruimten. Van de 70-plussers die uit een corporatiehuurwoning verhuisden, vertrok meer dan de helft naar een zorgwoonruimte. Bij een verhuizing uit een koopwoning was dat iets meer dan een kwart. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers uit de Woonbase.
Het merendeel van de verhuisde 70-plussers vertrok niet naar een zorgwoonruimte. Van deze 70-plussers die vanuit een corporatiehuurwoning verhuisden, ging bijna 80 procent weer in een corporatiehuurwoning wonen. Van de 70-plussers die vanuit een koopwoning verhuisden en niet naar een zorgwoonruimte vertrokken, ging ongeveer de helft weer in een koopwoning wonen. Iets meer dan een kwart verhuisde naar een corporatiehuurwoning.
Van alle 70-plussers die in 2022 verhuisden, vertrok 38 procent naar een zorginstelling of een andere woonruimte gericht op het verlenen van zorg. Zorgwoonruimten zijn bijna altijd woonruimten die worden verhuurd door een woningcorporatie of andere verhuurder. 70-plussers verhuizen vanuit een corporatiehuurwoning veel vaker naar een zorgwoonruimte (53 procent) dan vanuit een koopwoning (26 procent). Eén van de mogelijke verklaringen voor dit grote verschil is dat in de corporatiehuurwoningen meer mensen van hoge leeftijd (80-plussers) wonen dan in de koopwoningen.
Mensen die in een koopwoning wonen, wonen daar vaak langer dan mensen die in een huurwoning wonen. De woonduur neemt toe naarmate mensen ouder worden en langer ergens wonen. Jongeren van 18 tot 25 jaar die in een koopwoning wonen, wonen vaak nog bij hun ouders. Zij hebben een langere woonduur dan jongeren in een huurwoning, die op deze leeftijd vaker zelfstandig wonen.
Vanaf 70 jaar daalt de woonduur van mensen die wonen in een corporatiehuurwoning, terwijl de woonduur van mensen in een koopwoning blijft stijgen. Dit komt onder andere doordat mensen langer in een koopwoning dan in een huurwoning blijven wonen én doordat verhuizende 70-plussers uit een koopwoning minder vaak in een nieuwe koopwoning gaan wonen. Een verhuizing vanuit een koopwoning naar een huurwoning heeft geen effect op de doorsnee woonduur van 70-plussers die in een koopwoning wonen. Wel heeft dit een verlagend effect op de doorsnee woonduur in huurwoningen: de woonduurteller begint namelijk opnieuw.
70-plussers wonen het langst in een koopwoning in Zuid-Limburg (36 jaar) en Twente (33 jaar). In Flevoland (23 jaar) is dat het kortst.
De woonduur van 70-plussers in een corporatiehuurwoning is relatief hoog in de Randstad: 21 jaar in Groot-Amsterdam en Het Gooi en Vechtstreek, en 22 jaar in Delft en Westland. In Zeeuwsch-Vlaanderen en Delfzijl en omgeving is de woonduur in corporatiehuurwoningen van deze groep het laagst: 10 jaar.
De woonduur van 70-plussers in een private huurwoning is in het algemeen een stuk lager dan in een corporatiehuurwoning of een koopwoning maar is in Groot-Amsterdam juist hoog: 24 jaar.