Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

De indirecte werking van de regels uit het Bkl richting burgers en bedrijven

In het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) zijn instructieregels (afdeling 5.1 en 5.2 Bkl) inzake omgevingsplannen opgenomen en beoordelingsregels met betrekking tot omgevingsvergunningverlening (afdeling 8.1 t/m 8.9 Bkl).

14 september 2024

Blog

Blog

In het algemeen geldt dat de regels uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) rechtstreeks gelden voor burgers en bedrijven en de regels uit het Bkl niet (deze gelden voor het bevoegde bestuursorgaan). In de nota van toelichting bij het Bkl is hieromtrent het volgende vermeld (Stb. 2018, nr. 292, p. 191 en 197).

Het Bal en het Bbl geven aan, aan welke regels burgers en bedrijven zich moeten houden bij bepaalde activiteiten. Het Bal stelt algemene rechtstreeks werkende rijksregels over activiteiten in de fysieke leefomgeving aan burgers, bedrijven en overheden in de rol van initiatiefnemer.

Het Bkl richt zich tot bestuursorganen en bevat de inhoudelijke normen voor de bestuurlijke taakuitoefening en besluitvorming.

Het is echter niet zo dat de regels uit het Bkl voor burgers of bedrijven geen enkele relevantie hebben en zij zich er niet op kunnen beroepen. De regels uit het Bkl hebben immers wel degelijk een indirecte werking in een vergunningenprocedure of een beroep tegen een omgevingsplan.

Hoewel de regels in dit besluit zich richten tot bestuursorganen, hebben zij (indirect) ook invloed op de rechtspositie van burgers en bedrijven en spelen zij een rol in het kader van de rechtsbescherming. Tegen de vaststelling van een wijziging van een omgevingsplan kan een belanghebbende beroep instellen, waarin de strijd met de instructieregels aan de orde kan worden gesteld. Voor zover een omgevingsplan onherroepelijk is geworden, maar bij nader inzien niet blijkt te voldoen aan een of meer instructieregels, kan een belanghebbende een aanvraag indienen tot wijziging van het omgevingsplan met als doel dat alsnog aan de instructieregels wordt voldaan. Tegen het besluit op die aanvraag staat ook rechtsbescherming open. Als een omgevingsvergunning in strijd met de beoordelingsregels van dit besluit wordt verleend, kan een belanghebbende dat in de toepasselijke rechtsbeschermingsprocedure aan de orde te stellen (zie: Stb. 2018, nr. 292, p. 499).

Een voorbeeld van een dergelijk beroep in een vergunningenprocedure op de regels uit het Bkl is de uitspraak Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 11 september 2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:6057.

Iets anders is dat niet rechtstreeks gehandhaafd kan worden op het niet naleven van bepaalde instructieregels of beoordelingsregels uit het Bkl, omdat deze primair zijn gericht op het bestuursorgaan.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.