Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

De Wet vaste huurcontracten: huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd de norm?

Per 1 juli 2024 treedt de Wet vaste huurcontracten in werking. Deze wet brengt veranderingen voor verhuurders met zich mee, omdat huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd weer de norm worden. In dit blog bespreken wij de gevolgen voor verhuurders en de uitzonderingen die de wet biedt voor het sluiten van tijdelijke huurovereenkomsten met specifieke doelgroepen.

Bo Ceulemans 29 juni 2024

Blog

Blog

De huidige wetgeving

Op grond van de huidige wetgeving eindigt een huurovereenkomst voor zelfstandige woonruimte voor de duur van twee jaar of korter en een huurovereenkomst voor onzelfstandige woonruimte voor de duur van vijf jaar of korter op de overeengekomen einddatum. Hiervoor is wel vereist dat de verhuurder de huurder tijdig informeert over deze einddatum. Deze schriftelijke kennisgeving moet niet eerder dan drie maanden en niet later dan één maand voor de einddatum worden verstuurd. Als de verhuurder dit nalaat, dan wordt de huurovereenkomst voor onbepaalde tijd voortgezet en geniet de huurder huurbescherming. Opzegging van de huurovereenkomst is dan alleen mogelijk met een wettelijke opzeggingsgrond.

 

Daarnaast zijn er voorwaarden verbonden aan het gebruik van huurovereenkomsten woonruimte voor bepaalde tijd. Een huurovereenkomst voor bepaalde tijd kan niet opnieuw voor bepaalde tijd worden voortgezet. Een verlenging van een dergelijke huurovereenkomst wordt beschouwd als een verlenging voor onbepaalde tijd met als gevolg volledige huurbescherming voor de huurder.

 

Wat verandert er door de Wet vaste huurcontracten?

Het doel van de Wet vaste huurcontracten is dat huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd de norm worden, wat de woonzekerheid van huurders ten goede moet komen. Dit geldt voor de (ver)huur van zelfstandige en onzelfstandige woningen. De wet geldt voor huurovereenkomsten woonruimte die vanaf 1 juli 2024 worden gesloten.

De wet geldt dus niet voor huurovereenkomsten woonruimte die vóór 1 juli 2024 zijn gesloten. Deze huurovereenkomsten eindigen op de overeengekomen einddatum na schriftelijke kennisgeving door de verhuurder. Hierdoor zal de wet binnen enkele jaren van toepassing zijn op alle huurovereenkomsten.

 

Voor welke groepen blijft tijdelijke verhuur mogelijk?

Hoewel huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd de norm worden, voorziet de Wet vaste huurcontracten in uitzonderingen voor specifieke doelgroepen waarvoor tijdelijke huurovereenkomsten nog steeds een oplossing kunnen bieden. Na 1 juli 2024 kan een verhuurder een tijdelijke huurovereenkomst voor maximaal twee jaar sluiten, indien de huurder behoort tot een van de volgende specifieke doelgroepen:

 

  • Nederlandse studenten die voor hun studie tijdelijk elders in Nederland willen wonen of internationale studenten die in Nederland studeren;

  • Huurders die hun woning tijdelijk moeten verlaten vanwege dringende werkzaamheden of renovatie;

  • Personen afkomstig uit maatschappelijke opvang of een sociale noodsituatie met een aantoonbaar urgente huisvestingsbehoefte;

  • Huurders met wie de verhuurder een tweede-kans-huurovereenkomst aangaat;

  • Personen die als nabestaande van een overleden huurder niet de huur van de woonruimte, waarin zij op het tijdstip van overlijden van die huurder hun hoofdverblijf hadden, kunnen voortzetten op grond van artikel 7:268 BW;

  • Personen met een of meer minderjarige kinderen, die niet langer een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren met de andere ouder van die kinderen en die in de nabijheid van hun kinderen willen blijven wonen;

  • Personen die tijdelijk werken op de Waddeneilanden;

  • Vergunninghouders die direct voorafgaand aan de huurovereenkomst in een opvangcentrum verbleven en woonruimte huren in afwachting van definitieve huisvesting door de betrokken gemeente.

 

In welke situaties blijft tijdelijke verhuur mogelijk?

Daarnaast blijft het sluiten van tijdelijke huurovereenkomsten in specifieke situaties mogelijk. Zo blijft verhuur op grond van de artikelen 15 en 16 van de Leegstandwet mogelijk ter voorkoming en vermindering van onnodige leegstand. Daarnaast kan nog steeds gebruik worden gemaakt van tussenhuur (ook wel bekend als de diplomatenclausule) in geval de huurder tijdelijk afwezig is en de huurder de woning tijdelijk wenst te verhuren. Ook blijft tijdelijke (ver)huur mogelijk voor doelgroepcontracten voor de duur van vijf jaar, bijvoorbeeld voor jongeren, studenten, promovendi, ouderen en gehandicapten. Tot slot blijven hospitaverhuur en verhuur voor kortdurend gebruik, zoals vakantiewoningen, toegestaan.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.