De rechtbank Limburg behandelt op 27 november 2025 in Roermond de zaak over een onteigeningsbeschikking van de gemeente Maastricht voor een woning in het gebied ‘Palace Wyck’. Dit is in Limburg de eerste onteigeningszaak volgens de nieuwe procedure die geldt sinds de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024.

Bij onteigening kan de overheid een eigenaar verplichten om zijn of haar woning of grond over te dragen omdat dat nodig is voor het algemeen belang. Vroeger besliste de Kroon over onteigening. Nu moet de overheid die wil onteigenen de bestuursrechter vragen om haar besluit te bekrachtigen. Die nieuwe procedure wordt nu voor het eerst toegepast in Limburg. De zaak wordt behandeld door drie rechters. Landelijk heeft alleen de rechtbank Zeeland-West-Brabant eerder een uitspraak gedaan in deze nieuwe bekrachtigingsprocedure.
De gemeente Maastricht wil het gebied rondom de voormalige bioscoop Cinema Palace in stadsdeel Wyck herontwikkelen. In het bestemmingsplan ‘Palace Wyck e.o.’ is onder meer ruimte gemaakt voor een hotel, zeven stadsvilla’s en een ondergrondse parkeergarage. Op 27 mei 2025 nam de gemeenteraad een onteigeningsbeschikking voor een woning in dit gebied. De rechtbank moet beoordelen of dit besluit kan worden bekrachtigd.
De rechtbank kijkt onder meer of de onteigeningsbeschikking op de juiste manier tot stand is gekomen, of het plan het algemeen belang dient, of onteigening noodzakelijk is en of verwezenlijking van het project urgent is. Ook weegt de rechter de ingebrachte argumenten van belanghebbenden mee waarom volgens hen niet tot onteigening kan worden overgegaan. In dit geval heeft onder meer de eigenaar van de woning bedenkingen ingediend.
Na de ingediende bedenkingen heeft de gemeenteraad op 9 oktober 2025 een reactie gegeven. De rechtbank doet binnen zes maanden na ontvangst van die reactie uitspraak.
De behandeling bij de bestuursrechter gaat uitsluitend over de vraag of onteigend mag worden. Om te kunnen onteigenen zullen partijen er financieel ook nog uit moeten komen. Als dat niet in onderling overleg lukt, moet een schadeloosstellingsprocedure worden doorlopen bij de civiele rechter. Dat kan overigens ook al in gang gezet worden voordat er een uitspraak is in de bekrachtigingsprocedure.
