De provincies hebben donderdag 14 april een gesprek met minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) om het programma stikstofreductie en natuurverbetering te bespreken. Namens Noord-Holland neemt gedeputeerde Esther Rommel (Natuur en Landschap) deel aan dit gesprek.
Sjo_via GettyImages
In het programma van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselveiligheid (LNV) staat onder andere dat Noord-Holland en de andere 11 provincies gebiedsplannen moeten gaan maken. Dit heeft als doel de stikstofbelasting op beschermde natuurgebieden terug te dringen. Per gebied moet beschreven worden wat de opgave is, wat de uitkomsten zijn van onderzoek, hoe de natuur in het gebied ervoor staat, wat betrokken partijen met elkaar afspreken en een tijdspad om de doelen te halen. De provincies hebben tot juli 2023 de tijd om deze plannen te maken.
Gedeputeerde Rommel: “We voeren op dit moment al veel gesprekken met betrokken sectoren, zoals industrie en landbouw, over het terugdringen van stikstofuitstoot en -neerslag in Noord-Holland. Daarnaast lopen er 24 gebiedsprocessen in de hele provincie om stikstofuitstoot te verminderen, het Natuurnetwerk Nederland af te ronden en onze klimaatambities te halen. Kortom, we zijn al een tijd bezig in de gebieden. We willen meewerken aan het programma van de minister, maar ik heb nog wel een aantal vragen. Die gaan onder andere over de gezamenlijke verantwoordelijkheid. Noord-Holland voert de gebiedsplannen graag uit, maar wel met steun en inspanning van de minister. Daarnaast kunnen provincies niet alle stikstofbronnen oplossen. Voor stikstof dat uit het buitenland binnenwaait, hebben we de minister nodig.”
De gedeputeerde zal ook aandacht vragen voor zorgen die binnen de provincie leven. Onder andere dat de diverse ministers van woningbouw, stikstof en landbouw niet moeten vergeten om over de grenzen van hun eigen portefeuille te kijken.
Rommel en haar collega-gedeputeerden gaan minister van der Wal de komende maanden vaker spreken over het terugdringen van stikstofuitstoot en -neerslag. Die gesprekken gaan over de uitwerking van de hoofdlijnenbrief die de minister op 1 april naar de Tweede Kamer heeft gestuurd en de uitwerking van het Nationaal Programma Landelijk Gebied.