Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Heeft het college van B&W altijd instemmingsrecht als de GS bevoegd gezag zijn en een omgevingsplanactiviteit verlenen?

Onder de Omgevingswet zijn de Gedeputeerde Staten in sommige gevallen het bevoegd gezag voor omgevingsvergunningverlening. Maar er is een uitzondering, die voor de praktijk interessant is.

25 October 2023

Onder de Omgevingswet verdwijnt straks de figuur van de VVGB van de gemeenteraad en wordt in plaats daarvan gewerkt met advies, advies + instemming (en in sommige gevallen een verzwaard - bindend - adviesrecht van de gemeenteraad bij vooraf bij raadsbesluit vastgestelde gevallen van buitenplanse omgevingsplanactiviteit: zie art. 16.15a, sub b Ow en art. 16.15b Ow).

Interessant is dat in de gevallen dat GS van de provincie het bevoegd gezag zijn voor omgevingsvergunningverlening (bijvoorbeeld bij milieubelastende activiteiten, MBA's bestaande uit IPPC-installaties of Seveso-installaties: zie art. 5.10 jo. 5.13 Omgevingswet jo. artikel 4.6 jo. art. 4.16 Omgevingsbesluit).

In die gevallen is GS meestal ook bevoegd gezag voor zaken waar normaal gesproken B&W voor bevoegd is, bijvoorbeeld omgevingsplanactiviteiten (dit worden zogenoemde magneetactiviteiten genoemd). In die situaties heeft B&W normaal gesproken niet alleen adviesrecht, maar ook instemmingsrecht (zie art. 16.16 Ow jo. art. 4.20, lid 1 en 2 Ob). En de gemeenteraad heeft in de door haar aangewezen gevallen nog een (verzwaard) adviesrecht over de toepassing van het instemmingsrecht van B & W (art. 16.15b Ow jo. art. 4.21, lid 2 Ob). De beslissing over het al dan niet instemmen is voor GS dan bindend (zie art. 5.33 Ow).

Interessant is om te wijzen op een uitzondering hierop die niet zo vaak wordt genoemd, maar voor de praktijk wel interessant is. Artikel 4.23 Ob regelt dat géén instemming van B&W nodig is voor een omgevingsplanactiviteit als het gaat om een aanvraag waarvoor GS het bevoegd gezag is, en de omgevingsplanactiviteit verband houdt met een voorschrift dat is of zal worden verbonden aan een omgevingsvergunning voor een MBA.

Het gaat hierbij om aanvragen van complexe bedrijven waarop de regel van ‘eens bevoegd gezag, altijd bevoegd gezag’ van toepassing is. Bijvoorbeeld bij een bedrijf dat veel luchtverontreiniging veroorzaakt kan een hogere schoorsteen nodig zijn dan is toegestaan op grond van het omgevingsplan om de omgeving afdoende te beschermen. In dat geval geeft het oordeel van GS als bevoegd gezag voor de MBA en als eerstverantwoordelijke voor het voorkomen en beperken van verontreiniging de doorslag. B&W hebben voor de buitenplanse omgevingsplanactiviteit dan wel het recht van advies, maar géén instemming.

Wanneer voor een complex bedrijf een afwijkactiviteit wordt aangevraagd die geen verband houdt met het voorkomen of beperken van milieuverontreiniging, bijvoorbeeld omdat men wil bouwen op een plaats waar dat op grond van het omgevingsplan niet is toegestaan, dan heeft het college van burgemeester en wethouders conform de hoofdregel zowel het recht van advies als het recht van instemming (zie Staatsblad 2018, nr. 290, p. 293).

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.