Vanwege klimaatverandering zijn aanpassingen van de fysieke leefomgeving hoognodig. Een van de gevolgen van klimaatverandering is hittestress. In een eerder blog bespraken wij in hoeverre lokale overheden verplicht zijn om hittemaatregelen juridisch-planologisch te borgen onder het oude stelsel. In dit blog bespreken wij hoe gemeenten hittestress onder de Omgevingswet (Ow) kunnen reguleren en bestrijden.

De Ow streeft onder meer naar duurzaamheid, bescherming van het leefmilieu en het in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving (artikel 1.3 Ow). Hittestress kan deze doelen ondermijnen. Hittestress is de mate van hinder tijdens een periode van extreme hitte. Deze extreme hitte heeft negatieve gevolgen op onze gezondheid.
Vooralsnog geldt voor gemeenten geen wettelijke verplichting om hittemaatregelen in hun beleid op te nemen. Gemeenten behouden hiermee beleidsvrijheid om beleid vast te stellen met betrekking tot hittestress, zolang deze passen binnen landelijke en provinciale kaders.
Mocht een gemeente er toch voor kiezen om de gevolgen van hittestress te willen beperken, dan zijn er in de Omgevingswet verschillende kerninstrumenten om de fysieke leefomgeving te gebruiken en beschermen, zoals de omgevingsvisie, omgevingsprogramma’s en het omgevingsplan.
In de omgevingsvisie en omgevingsprogramma’s
De gemeenteraad moet een zelfbindende omgevingsvisie vaststellen over zijn integrale beleid (artikel 3.1, eerste lid, van de Ow). De gemeente is vrij om hittebestrijding in de omgevingsvisie op te nemen. Een voorbeeld is de Visie Klimaatadaptatie van de gemeente Utrecht dat onderdeel is van de omgevingsvisie. Hierin hitte als kwetsbaarheid en risico voor de stad wordt uiteengezet.
De beleidsdoelen uit de omgevingsvisie kunnen vervolgens met concrete maatregelen worden opgenomen in een omgevingsprogramma (artikel 3.4 van de Ow). Hierin kan de gemeente dus zelfbindende hittestressmaatregelen opnemen. Zie bijvoorbeeld het Omgevingsprogramma klimaatadaptatie 2023-2026 van gemeente Nieuwegein, waarin maatregelen staan zoals het ontwikkelen en verbeteren van een lokaal hitteplan en het vergroenen van de stad.
In het omgevingsplan
De gemeente stelt ook een omgevingsplan vast dat regels over de fysieke leefomgeving bevat (artikel 2.4. Ow). Deze regels gelden voor de gemeente, burgers én bedrijven.
Een omgevingsplan moet voorzien in een ‘evenwichtige toedeling van functies aan locaties’, waarbij rekening moet worden gehouden met de menselijke gezondheid (artikel 2.1, vierde lid, van de Ow). Op basis hiervan zou de gemeente hittestress als gezondheidsaspect moeten meewegen, aangezien de risico’s voor de gezondheid door hittestress bekend zijn. Daarnaast maakt het omgevingsplan het ook mogelijk om gebodsbepalingen op te nemen (artikel 4.1, eerste lid, van de Ow). Zo kunnen hittemaatregelen onvoorwaardelijk verplicht worden gesteld.
Kiezen tussen een omgevingsvisie, -programma, of -plan? Het Stappen Borgingsinstrumentarium is een hulpmiddel voor gemeenten om te bepalen welke instrumenten ze het beste kunnen inzetten om klimaatadaptatie te borgen, waaronder hittestress.
Daarnaast zijn recent vanuit de Rijksoverheid meerdere hulpmiddelen ontwikkeld om concrete maatregelen tegen hittestress in beleid op te nemen. Aan de hand van bijvoorbeeld de Menukaart Hitte, de Hitte aanpak 2025, en de Brochure Effectief Klimaatgroen kunnen gemeenten met zeer concrete oplossingen en handelsperspectieven hittestress aankaarten.