OMGEVINGSRECHT. Overig omgevingsrecht. Monumentenwet 1988. Niet het kadastrale perceel is grondslag voor de bescherming van wat zich daarop bevindt, maar slechts beschermd is datgene wat als bouwkundige en functionele onlosmakelijke zelfstandige eenheid is genoemd in de redengevende omschrijving. Functionele eenheid wil niet zeggen dat ook sprake is van een bouwkundige eenheid. Bestendige jurisprudentie: beperkte uitleg begrip verstoren; ziet op een situatie die zich vooral bij archeologische monumenten kan voordoen.
OMGEVINGSRECHT. Overig omgevingsrecht. Monumentenwet 1988. Niet het kadastrale perceel is grondslag voor de bescherming van wat zich daarop bevindt, maar slechts beschermd is datgene wat als bouwkundige en functionele onlosmakelijke zelfstandige eenheid is genoemd in de redengevende omschrijving. Functionele eenheid wil niet zeggen dat ook sprake is van een bouwkundige eenheid. Bestendige jurisprudentie: beperkte uitleg begrip verstoren; ziet op een situatie die zich vooral bij archeologische monumenten kan voordoen.
Weigering monumentenvergunning voor het oprichten van een - losstaand - bijgebouw met overkapping (hierna: de vrijstaande berging) en voor het plaatsen van een dakkapel op een aanbouw, die - middels een corridor en een eerdere aanbouw - vastzit aan het hoofdgebouw (het koloniehuis).
Wat valt onder de bescherming als moment?
Uit de geschiedenis van de totstandkoming van de Monumentenwet 1988 kan worden afgeleid dat de wetgever heeft beoogd aan te sluiten bij de vaste jurisprudentie (onder
meer de uitspraak van 3 augustus 2005 in zaak nr. 200501989/1, LJN:
AU0396
) dat niet het kadastrale perceel grondslag is voor de bescherming van wat zich daarop bevindt, maar dat slechts beschermd is datgene wat als bouwkundige en functionele onlosmakelijke zelfstandige eenheid is genoemd in de redengevende omschrijving. Nu de berging vrijstaat van het monument en geen woonfunctie heeft, vormt deze berging geen bouwkundig en functioneel onlosmakelijke eenheid met het monument. De berging deelt dan ook niet in de bescherming als monument, nu het plaatsen ervan niet kan worden aangemerkt als een wijziging van het monumentale koloniehuis.
Bestendige jurisprudentie; verstoren.
De monumentenvergunning voor de vrijstaande berging is geweigerd, omdat deze berging afbreuk doet aan het totaalbeeld vanaf de openbare weg mede gezien de nabijheid van de woning. Voor zover het college hiermee aan het weigeringsbesluit ten grondslag heeft gelegd, dat de vrijstaande berging het monument visueel verstoort, heeft het college hiermee een onjuiste uitleg aan het begrip verstoring gegeven. Onder verstoren als bedoeld in art. 11, lid 2, aanhef en onder a, van de Monumentenwet, dient niet ook visueel verstoren te worden begrepen. (Zie o.m. eerder de uitspraak van de Afdeling van 23 september 2009, 200808775/1/H1, LJN:
BJ8262
).
Functionele eenheid/bouwkundige eenheid.
De Rb. heeft terecht vastgesteld dat de dakkapel op een aanbouw is geplaatst die door middel van een corridor met het koloniehuis is verbonden. Door die verbinding hebben het koloniehuis, de corridor en het bijgebouw alle een woonfunctie. De Rb. heeft echter aan het bestaan van die functionele eenheid ten onrechte de conclusie verbonden dat het koloniehuis, de corridor en het bijgebouw ook in bouwkundig opzicht een eenheid vormen. Ten tijde van de aanwijzing was het bijgebouw waarop de dakkapel is geplaatst, al aanwezig. Nu dit bijgebouw niet is aangewezen maakte het geen deel uit van het beschermde monument. De omstandigheid dat het oorspronkelijke bijgebouw en het koloniehuis door middel van een corridor aan elkaar zijn verbonden heeft niet tot gevolg dat daardoor het bijgebouw alsnog deel is gaan uitmaken van het beschermde monument. Nu het oorspronkelijke bijgebouw nog steeds als afzonderlijke eenheid herkenbaar is, betreft het hier een voor de toepassing van de Monumentenwet 1988 ten opzichte van het koloniehuis afzonderlijke bouwkundige eenheid. Anders dan de Rb. heeft geoordeeld, behelst de bouw van een dakkapel op het oorspronkelijke bijgebouw derhalve geen wijziging van een beschermd monument.
LJN: BY5889 (P.I.) / rechtspraak.nl
Door Rechtspraak